Winkelprijs varkensvlees blijft hoog bij prijsdruk in keten |
9-9-2020
|
De consumentprijs daalde met 2% de afgelopen twee maanden maar de consumentenprijsindex zit nog stevig in het zadel met een niveau van 118 punten. Nadat de afzetmogelijkheden voor varkensvlees naar de foodservice en Zuid-Europese afnemers sterk verminderden als gevolg van de Covid-19-pandemie, moesten diverse slachterijen tijdelijk hun deuren sluiten vanwege zieke werknemers. Daar kwam bij dat de Chinese overheid de grenzen sloot voor een aantal slachterijen uit Nederland, Duitsland en Denemarken. Dit leidde tot een forse turbulentie in de afzetmogelijkheden voor varkensvlees en tot sterke prijsdalingen. De industrieprijs daalde van 140 punten in maart naar 131 punten in mei (een daling van 8%) en de prijs af boerderij daalde zelfs met 24%.
|
Prijsontwikkeling De consumentenprijs daalde weliswaar met 2%, maar de index ligt met 118 punten nog ongekend hoog. De hoge prijzen zijn een reactie op de wereldwijde krapte in het aanbod en gestegen wereldmarktprijzen sinds begin vorig jaar. Omdat de industrieprijs de laatste maanden een veer heeft gelaten met een daling van 8% (van 140 naar 131 punten) is er een groter gat ontstaan tussen de consumentenprijs en de industrieprijs. Dat betekent dat de retail goedkoper heeft kunnen inkopen en marge heeft kunnen vergroten. Overigens beweegt de consumentenprijs veel stabieler dan de producentenprijsindex (industrieprijs) en de af boerderij-index.
De industrieprijs reageert op de ontwikkelingen in de afzetmarkten. Waar de vraag ruim een jaar bijzonder goed was, is deze sinds de pandemie naar Europa oversloeg duidelijk verminderd. De verminderde afzet van varkensvlees naar de foodservice en Zuid-Europese afnemers was een aderlating voor de verwaarding van slachtvarkens, die zich meteen uitte in een verminderde opbrengstwaarde. Daar komt nog bij dat de Chinese overheid in verband met Covid-19 de grenzen gesloten heeft voor een aantal slachterijen uit Nederland, Duitsland en Denemarken, wat ook leidde tot een verslechtering van de verwaarding van de slachtdieren. Bovendien zijn diverse slachterijen in Nederland en Duitsland een aantal weken op slot geweest, waardoor er een tijdelijk overschot aan zware varkens is ontstaan. Alle spelers in de varkenskolom hielden de adem in, in afwachting wat er verder zou komen. De industrie heeft fors lagere marktprijzen betaald aan de varkenshouders. De af-boerderijprijs reageerde zeer sterk en daalde van 158 punten in maart naar 121 punten in mei (een daling van 24%). De prijs ligt nog wel 10% hoger dan vorig jaar en op het gemiddelde niveau over de afgelopen 8 jaar. Meer recent (eind juni, juli) is er nauwelijks beweging geweest in de varkensprijzen, in afwachting van verdere ontwikkelingen in slachtcapaciteit en afzetmogelijkheden. Intussen zijn slachterijen weer open en wordt de opgelopen achterstand langzamerhand weggewerkt. Als er geen verdere uitbraken van Covid-19 gevonden worden, kunnen partijen waarschijnlijk weer rustiger ademhalen en komt er ruimte voor herstel van het binnenlandse marktevenwicht en prijsherstel.
Structureel is er namelijk nog steeds een sterke aanbiedersmarkt, met wereldwijd meer vraag dan aanbod van varkensvlees. Als er deze zomer goed weer is, stijgt de vraag naar vlees voor op de barbecue, wat een steun is voor de prijs van varkens en varkensvlees.
Achtergrond keten en prijsvorming keten
Het varkensvlees wordt in de supermarkt of bij de slager gekocht. Supermarkten en slagers kopen varkensvlees van de vleesindustrie. Die bestaat uit slachterijen en vleesverwerkers. Slachterijen kopen vleesvarkens van veehouders rechtstreeks of via veehandelaren. Veehouders produceren vleesvarkens in gespecialiseerde bedrijven of gesloten bedrijven. Zeugenbedrijven zijn belangrijke toeleveranciers van biggen voor de gespecialiseerde bedrijven. De gesloten bedrijven produceren de eigen biggen.
Toelichting op drie niveaus
Circa 60% van het varkensvlees en 80% van de vleeswaren wordt in de supermarkt gekocht. Daarnaast loopt ongeveer 35% van het varkensvlees via de buitenhuishoudelijke markt (horeca, ziekenhuizen enzovoort). Consumenten kopen meer varkensvlees in januari, vaak aangemoedigd door reclameacties. Verder wordt meer vlees gekocht in het barbecueseizoen en is er een piek in december. Supermarkten kopen varkensvlees hoofdzakelijk van de Nederlandse vleesindustrie, zeker sinds alle retailers hebben toegezegd om per 2015 voor vers varkensvlees mee te doen met het programma Varkensvlees van morgen, dat van Nederlandse bodem is. Voor een deel wordt dat vlees echter betrokken van Duitse slachterijen die Nederlandse varkens slachten. De verwerking van varkensvlees is voor een belangrijk deel gekoppeld aan de slachterijen. De grootste vier slachterijen hebben een aandeel van circa 90%. Er zijn in 2019 in Nederland 16,6 miljoen varkens geslacht. De vleesindustrie slacht en verwerkt de dieren tot vers vlees en vleeswaren, die voor een groot deel worden geëxporteerd. Voor de productie wordt ook varkensvlees geïmporteerd. De zelfvoorzieningsgraad van de Nederlandse varkensvleesketen bedraagt circa 330%. De in totaal circa 3.400 bedrijven met vleesvarkens produceren 18 miljoen vleesvarkens. Hiervan worden ongeveer 2 miljoen dieren geëxporteerd. Daarnaast worden bijna 7 miljoen biggen over de grens verkocht. Door de Saneringsregeling varkensbedrijven zal het aantal varkens tussen eind 2020 en voorjaar 2021 naar verwachting dalen met 5-10%.
Prijsvorming De prijsontwikkeling van het pakket varkensvlees dat de consument in de supermarkt koopt, is opvallend vlak, zij het dat de gemiddelde prijs in december iets hoger ligt. De retail heeft een eigen prijsbeleid dat beperkt beïnvloed wordt door de inkoopprijs. Het prijsniveau bij concurrenten, promotieacties en de rol van vlees in het totale productassortiment van supermarkten spelen ook een rol. Prijsbewegingen van industrie (producentenprijs) en boeren (af boerderij) vertonen daarom nauwelijks samenhang met de consumentenprijs. Voor de handel tussen de slachterijen en supermarkten worden jaarcontracten gebruikt. Daarbinnen vindt per vier weken overleg plaats over reclameacties. Afhankelijk van onder andere het weer vinden dagelijks correcties plaats op de bestelde volumes. Slachterijen geven de prijsbewegingen op hun afzetmarkt door aan de varkenshouders. De markten voor varkens en varkensvlees in Noordwest-Europa zijn nauw met elkaar verweven. De prijsvorming is vrij. Door de seizoenseffecten in de afzet op detailhandelsniveau schommelen ook de wekelijkse slachterij- en handelsnoteringen of opbrengsten van vleesvarkens. De EU heeft de laatste jaren een flink gestegen zelfvoorziening in varkensvlees (tot circa 120% in 2019), wat betekent dat de prijsvorming in toenemende mate invloed ondervindt van de prijzen in derde markten buiten Europa.
Prijsindices De consumentenprijsindex (CPI) is gebaseerd op varkensvlees bij supermarkten en slagers. De producentenprijsindex (PPI) is gebaseerd op de opbrengstprijzen van producenten van vers of gekoeld varkensvlees bij afzet naar het binnenland. De af-boerderijprijs is gebaseerd op de wekelijkse noteringen voor slachtvarkens. De indices zijn herzien, waarbij het jaar 2015 op 100% is gezet.
|
• Gegevens over de PPI 2012-heden van CBS Statline (Indices van laatste 5 maanden zijn voorlopige gegevens). • Gegevens over de gebruikte PPI 2005-2012 van CBS Statline. • Gegevens over de gebruikte CPI 2000-heden van CBS-Statline (indices van de laatste maand zijn voorlopige gegevens).
|