Mijn agrimatie
v

Agrimatie - informatie over de agrosector

     
Visserij in cijfers
Kies een thema
Algemeen

Economie

Maatschappij

Milieu

 
  
  
   
   
   
Branchegegevens export - Visserij

De export groeide maar niet door Noordzeevis
21-9-2023
In 2022 nam de groei in export verder toe vergeleken met het jaar daarvoor, na de tijdelijke dip vanwege de COVID-19 pandemie in 2020.

In 2020 werd de handel wereldwijd nog bemoeilijkt door (internationale) logistieke belemmeringen en minder consumptie van vis door tijdelijke lockdowns met gesloten horeca en minder toerisme. Ondanks de dalende aanvoer van verse Noordzeevis wist de Nederlandse visverwerking en handel groei te realiseren. De groei komt volledig door visproducten geïmporteerd van elders zoals gekweekte zalm uit Noorwegen, witvis zoals kabeljauw uit IJsland en gekweekte garnalen uit Azië. De visverwerkende bedrijven zetten steeds meer in op deze niet-Noordzeevis. Het risico bestaat dat Nederland wel investeert in de verduurzaming en het behouden van een visserijvloot maar niet in de verwerkende keten van Noordzeevis. Steeds meer Nederlandse visverwerkende bedrijven wijken noodgedwongen en structureel uit naar niet-Noordzeevis met andere verwerkings- en productielijnen dan die voor de traditionele platvis zoals schol en tong. De export van vis vanuit Nederland groeide door tot een waarde van 6,3 mld. euro in 2022 (+19% ten opzichte van 2021).
Met name een hogere gemiddelde prijs voor de visproducten zorgde voor deze groei in exportwaarde. In gewicht uitgedrukt nam de export minder sterk toe (+7%) vergeleken met de waarde van de visproducten die de grens over gaan. In 2022 was dit 1.405.500 ton (1,4 mld. kg). In de tienjarige periode 2013-2022 groeide de exportwaarde sterk, namelijk met 117% (van 2,9 naar 6,3 mld. euro) met de coronacrisis dus als tijdelijke onderbreking van deze imposante groeicijfers.

Vis is één van de internationaal meest verhandelde voedselproducten. Nederlandse bedrijven importeren meer vis dan de hoeveelheid vis die beschikbaar is vanuit de binnenlandse productie (wild gevangen en gekweekte vis). De internationale vraag naar vis en zeevruchten is namelijk groter dan het aanbod van in Nederland door de visserijvloot aangevoerde vis. Vissoorten die veel worden geïmporteerd zijn gekweekte zalm, gamba’s, koolvis en tonijn.

Naast de groei van de handel in visproducten zijn er ook uitdagingen door de snel opeenvolgende veranderingen in de markt. Na veranderingen in de Europese? markt als gevolg van de COVID-19 pandemie en Brexit zorgt de oorlog in Oekraïne voor stijging van de productiekosten als gevolg van de sterk gestegen energieprijzen. Met name voor visverwerkende bedrijven die veel koeling en diepvrieslijnen hebben, zijn de productiekosten sterk gestegen. Deze extra kosten zullen aan de kopers doorberekend worden waardoor de prijzen van deze vis voor consumenten hoger worden. Dit kan uiteindelijk supermarkten en consumenten doen besluiten voor goedkopere eiwitbronnen zoals kip te kiezen. De inval door Rusland in Oekraïne zet de import van witvis zoals koolvis en kabeljauw door EU-landen uit Rusland onder spanning. Een veel gegeten product zoals kibbeling wordt grotendeels met deze witvis geproduceerd. Daarbij is er wereldwijd een tekort aan kwalitatief goed visvoer (aquafeed) en aan larven en jonge pootvis om op te kweken voor de aquacultuursector. Daartegenover liggen er kansen voor de Nederlandse visverwerking en handel om hun positie als belangrijke internationale speler in de vishandel te verstevigen. De verwachting is dat de vraag naar verantwoorde visproducten als duurzaam alternatief voor vlees zal toenemen. Nederlandse bedrijven kunnen zich onderscheiden van lage(re) loonlanden door maximaal in te zetten op toegevoegde waarde en vis te verwerken tot luxe convenience producten voor consumenten die buitenshuis of juist ‘thuis uiteten’ wensen te gaan.




Bestemmingen: EU bleef de belangrijkste (interne) markt met 80% van de exportwaarde
Nederland verwerkt en verhandelt vis vooral voor de (interne) EU-markt. Het aandeel van de exportomzet naar andere EU-landen ligt al jaren tussen de 70 en 80%. De resterende export is voor een belangrijk deel diepgevroren pelagische hele vis die in Afrika wordt afgezet. Nederland fungeert als ‘visdraaischijf’ in Europa, door onder andere de gunstige ligging ten opzichte van het achterland en goede infrastructuur. Nederland vervult met de export van diepgevroren pelagische vis (haring, makreel etc.) een belangrijke rol in de voedselvoorziening in Afrika Daarnaast is Nederland een belangrijke speler in het beleveren van visproducten aan horeca (via de groothandel) en grootwinkelbedrijven (zoals supermarkten) binnen Europa.

In 2022 werd ongeveer 80% van de totale exportwaarde van visproducten door Nederlandse bedrijven binnen de EU-markt gerealiseerd. Duitsland, Frankrijk en België zijn de belangrijkste afzetmarkten voor Nederlandse bedrijven. De totale exportwaarde van visproducten uit Nederland was verdeeld over Duitsland (20%, met een exportwaarde van circa 1,9 mld. euro), Frankrijk (14%), België (12%), Spanje (9%), Italië (7%) als belangrijkste exportmarkten. Nieuwkomers in de top 10 zijn de Verenigde Staten (5%) en Portugal (3%). Noemenswaardig is dat het Verenigd Koninkrijk uit de top 10 is verdwenen van belangrijkste landen voor de export van visproducten. De handel met het VK neemt al jaren af en dit wordt sinds de Brexit versterkt door de toegenomen administratieve handelingen (vereist gezondheidscertificaat en vangstcertificaten). Voor snel bederfbare visproducten zijn vertragingen door douanecontroles in havens een mogelijk risico dat Nederlandse visgroothandels zullen vermijden. Vaak worden dit soort belemmeringen in de logistieke ketens ingegeven door geopolitieke of vanwege preventie (pandemieën) redenen.

Als export wordt uitgedrukt in volume, dan was ook Duitsland (16% van totale exportgewicht) de grootste afnemer. Duitsland is een grote afnemer van vooral garnalen en in toenemende mate zalmproducten. Nigeria volgde als tweede grootste exportmarkt met 14% goed voor 202.600 ton (0,2 mld. kg). De export naar Afrikaanse landen bestaat voor het grootste deel uit diepgevroren pelagische hele vis, zoals haring, blauwe wijting, makreel en horsmakreel. Verder volgden nog Egypte (net als Nigeria vooral met diepgevroren pelagische vis zoals haring); Frankrijk met varia aan vis (in 2022 vooral kabeljauw); België met voornamelijk mosselen; China met bevroren kabeljauwachtigen (waaronder wijting- en koolvissoorten); en Spanje en Italië met platvis waaronder schol, tong en tarbot maar ook in toenemende mate inktvis, zalm en schaaldieren zoals langoustine.






Kies een indicator
Deze informatie voor

Contactpersoon
Kees Taal
06-50681876
 


Meer informatie
Toelichting indicator
Thema omschrijving
Beleidsinformatie
Archief


naar boven