Mijn agrimatie
v

Agrimatie - informatie over de agrosector

Agrimatie > Thema's > Handel en afzet
     
Handel en afzet
Kies een indicator
Handel in agrarische goederen - Handel met Oekraïne en Rusland, 2023

Handel met Oekraïne en Rusland
24-1-2023

Onderstaande tekst is een weergave van hoofdstuk 8 uit de uitgave "De Nederlandse agrarische sector in internationaal verband, editie 2023". Dit onderzoek is uitgevoerd door Wageningen Economic Research en het Centraal Bureau voor de Statistiek in opdracht van en gefinancierd door het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.

Dit rapport beschrijft de ontwikkeling van de Nederlandse handel in landbouwproducten in 2022. Wageningen Economic Research en CBS maken in deze gezamenlijke uitgave, in opdracht van het ministerie van LNV, de eerste ramingen van de landbouwhandelscijfers voor 2022 bekend en voorzien deze van duiding. Naast inzicht in de export- en importcijfers, voor zowel landbouwgoederen als landbouwgerelateerde goederen, bevat de publicatie verschillende katernen waarin een handelsonderwerp uitgelicht wordt. Voor deze editie zijn de onderwerpen;
-Prijsontwikkelingen landbouwgoederen
-Nabije markten
-Handel met Oekraïne en Rusland
-Handel met Chili, Nieuw-Zeeland en Mexico

Al deze onderwerpen zijn apart te lezen op agrimatie. Rechts in het oranje vlak kunt u de verschillende hoofdstukken nalezen. Het verdient de voorkeur om het totale rapport te downloaden.

Het onderstaande artikel geeft hoofdstuk 8 weer. U kunt hier het totale rapport downloaden.

8.1 Inleiding
Op donderdag 24 februari 2022 is Rusland Oekraïne binnengevallen. De Russische inval in Oekraïne heeft naast de grote humanitaire gevolgen ook de wereldwijde landbouwmarkten in 2022 aanzienlijk verstoord. Rusland en Oekraïne waren tot aan het begin van de oorlog grote exporteurs van onder andere tarwe, mais, zonnebloemolie en meststoffen. De export van (veevoeder)granen uit Oekraïne werd geblokkeerd, wat voor voedselonzekerheid en hoge prijzen zorgde op de wereldmarkt. Daarnaast zorgen de stijgende prijzen voor energie en kunstmest voor hogere productiekosten, met verdere prijsstijgingen van voedsel tot gevolg.

Rusland was in 2020 de grootste gasleverancier aan de EU: bijna 40% van de totale invoer van aardgas kwam uit Rusland, terwijl 19% uit Noorwegen werd geïmporteerd en 11% uit andere landen binnen de EU. De maatregelen genomen door de EU om hun afhankelijkheid van Russische fossiele brandstoffen geleidelijk af te bouwen, hebben de energieprijzen verder opgedreven. Voor de uitbraak van de oorlog in Oekraïne waren de prijzen van energie en kunstmest al aan het oplopen. De prijzen voor ruwe olie en olieproducten op de internationale markten stijgen sinds april 2020, hetzelfde geldt voor de gasprijzen (Berkhout et al., 2022a). Dit heeft geleid tot scherpe prijsstijgingen voor belangrijke landbouwproducten en inputs als kunstmest, waarvan de productie veel energie vraagt (Di Bella et al., 2022; Europese Commissie, 2022). De prijzen voor kunstmeststoffen lopen sinds januari 2021 op (Berkhout et al., 2022a). Sinds de Russische inval in Oekraïne in februari 2022 zijn de handelsrelaties tussen de EU en Rusland grotendeels verbroken, en is het onzeker hoe die er in de toekomst zullen uitzien.

Dit hoofdstuk bevat een eerste korte analyse van de import- en exportstromen uit en naar Oekraïne en Rusland. De maandelijkse handelscijfers zijn beschikbaar tot en met augustus 2022. De analyse is uitgevoerd op basis van CBS-data inclusief quasi-doorvoer voor een zo goed mogelijke vergelijking tussen 2021 en 2022.

8.2 Vóór de oorlog: handel tussen Nederland, Oekraïne en Rusland
Importwaarde van landbouwgoederen uit Oekraïne 9x hoger in 2021 dan in 2010
Nederland importeerde in 2021 voor 2,5 mld. euro aan goederen uit Oekraïne, waarvan 1,9 mld. euro landbouwgoederen (figuur 8.1) en 0,6 mld. euro niet-landbouwgoederen. Het importaandeel van Oekraïne in de totale Nederlandse landbouwimport was in 2021 2,4%, tegen 0,5% in 2010. Hiermee was Oekraïne in rangorde de 10e leverancier van landbouwgoederen voor Nederland in 2021. Het gaat vooral om plantaardige fijne oliën en vetten (vooral zonnebloemolie), mais, oliehoudende zaden voor fijne oliën (kool- en raapzaad) en vlees en eetbaar slachtafval (pluimvee). Oekraïne was in 2021 de belangrijkste leverancier van mais, op ruime afstand gevolgd door Frankrijk, Duitsland en Roemenië. Ook voor plantaardige fijne oliën en oliehoudende zaden voor fijne oliën staat Oekraïne in de top drie belangrijkste leveranciers (CBS, 2022a).

Exportwaarde van landbouwgoederen naar Oekraïne bijna twee derde meer in 2021 dan in 2010
De export van landbouwgoederen naar Oekraïne zit na de annexatie van de Krim in 2014 door Rusland weer in een stijgende lijn: in 2021 exporteerde Nederland voor 375 mln. euro aan landbouwgoederen. De belangrijkste exportproducten zijn cacao en sierteelt. Het merendeel, 801 mln. euro, van de geëxporteerde goederen valt onder niet-landbouw. Oekraïne speelt met een aandeel van 0,3% een bescheiden rol in de totale Nederlandse landbouwexport en staat op de 32e plaats van bestemmingen.
Importwaarde van landbouwgoederen uit Rusland verdrievoudigd tussen 2010 en 2021
In 2021 importeerde Nederland voor 26,4 mld. euro aan goederen uit Rusland. Hiervan is 25,9 mld. euro niet-landbouw (vooral minerale brandstoffen zoals olie en gas) (CBS, 2022b). Het overige deel betreft landbouwgoederen (figuur 8.1). In 2021 vormde vis de hoofdmoot (zoals bevroren kabeljauw en Alaskakoolvis). Naast de traditionele landbouwgoederen importeert Nederland ook kunstmest uit Rusland, circa 96 mln. euro in 2021. Met een aandeel van 0,6% in de totale Nederlandse landbouwimport speelt Rusland een kleine rol als leverancier. Rusland is de 44e leverancier van landbouwgoederen voor Nederland.

Exportwaarde van landbouwgoederen naar Rusland met bijna kwart afgenomen tussen 2010 en 2021
Naar aanleiding van de annexatie van de Krim in 2014 voerde de EU restrictieve maatregelen (sancties) in tegen Rusland. Rusland reageerde door tegensancties te nemen die de import van landbouw- en voedingsproducten uit onder meer de EU moesten bannen (OESO, 2022). Dit alles heeft een grote impact gehad op de export naar Rusland in de daaropvolgende jaren (figuur 8.1). In 2021 werd door Nederland voor ruim 1 mld. euro aan landbouwgoederen geëxporteerd naar Rusland. Dit is bijna een kwart minder dan in 2010. Sierteelt is met 344 mln. euro verreweg het grootste product. Met een aandeel van 1,0% in de totale Nederlandse landbouwexport staat Rusland op een bescheiden 18e plaats als bestemming.



8.3 Tijdens de oorlog: handel tussen Nederland, Oekraïne en Rusland
Door het oorlogsgeweld in Oekraïne en de sancties tegen Rusland is de Nederlandse goederenhandel met deze landen voor een deel stil komen te liggen. Na de prijsverhogingen en grondstoftekorten als gevolg van de coronacrisis, krijgt de agroketen nu te maken met hoge energieprijzen en tekorten door de oorlog in Oekraïne. Zo worden bijvoorbeeld de Nederlandse meelindustrie, aardappelverwerking en glastuinbouw hard geraakt door sterke stijgingen van de energieprijs (Berkhout et al., 2022b; Harreman en Demoed, 2022). De wereldvoedselprijzen stegen tot recordhoogtes (Dohmen, 2022; NOS, 2022a en 2022b). Uit de maandcijfers blijkt dat in januari 2019 de landbouwimport uit Oekraïne een recordhoogte van 218,9 mln. euro bereikte (figuur 8.2). Dat importniveau werd in januari en februari van 2022, mede door hoge prijzen, bijna geëvenaard. Vanaf maart 2022 nam de import van landbouwgoederen uit Oekraïne af en bereikte in april een absoluut dieptepunt. Tijdens de oorlog wordt er niet of minder geplant, geoogst en geëxporteerd. Bovendien heeft de oorlog geleid tot de sluiting van havens, wat gevolgen heeft voor de export (OESO, 2022).

In Rusland was er in 2022 geen grote verstoring van de landbouwproductie. De sancties tegen Rusland waren tot dusver niet gericht op de handel in landbouwproducten en kunstmest, maar veel internationale bedrijven, waaronder bedrijven die actief zijn in de landbouwsector, hebben wel hun betrokkenheid met Rusland verminderd. In figuur 8.2 zien we dat de Nederlandse import van landbouwgoederen uit Rusland sinds 2018 relatief stabiel is. De piek in maart 2022 is met name toe te schrijven aan een hogere importwaarde van Russische zonnebloemolie. Verderop in dit hoofdstuk (paragraaf 8.5) komt de import van zonnebloemolie zowel vóór als tijdens de oorlog aan bod.



Op de export van landbouwgoederen naar Oekraïne en Rusland heeft de oorlog weinig invloed gehad. Na de dip in maart 2022 waar de export daalde naar 6 en 56 mln. euro voor respectievelijk Oekraïne en Rusland, is de export in waarde bijna weer op hetzelfde niveau als vóór de oorlog (figuur 8.2); in volume is er wel een afname. Cacao en sierteelt zijn nog steeds de belangrijkste goederen met bestemming Oekraïne. Het gaat wel om kleine bedragen. De export in tabak heeft de grootste klap gehad. In 2021 was tabak nog het 3e grootste exportproduct naar Oekraïne. In 2022 is na april geen tabak meer geëxporteerd. Sierteelt blijft naar Rusland het belangrijkste landbouwproduct.

8.4 Mais uit Oekraïne
Oekraïne is de 3e grootste exporteur van mais op de wereldmarkt (OESO, 2022). De binnenlandse consumptie is relatief gering; het grootste deel van de productie wordt geëxporteerd. Oekraïense boeren, die vóór de oorlog nog konden rekenen op contracten die voor de toekomst werden gesloten, bleven zitten met de voorraden en konden hun nieuwe oogst niet kwijt doordat Rusland de Oekraïense havens blokkeerde. Vóór de Russische inval werd meer dan 90% van de Oekraïense export via havens aan de Zee van Azov en de Zwarte Zee vervoerd. Deze havens zijn momenteel niet toegankelijk vanwege de aanhoudende oorlog of de Russische bezetting. Andere exportkanalen - weg-, spoor- en rivierhavens - hebben niet de capaciteit om dezelfde hoeveelheden te verwerken (OESO, 2022; WUR, 2022; Elands, 2022). Door het afsluiten van de graandeal 1) kunnen scheepsladingen met onder andere mais ondertussen via drie Oekraïense havens2) ongestoord van de Zwarte Zee naar de rest van de wereld uitvaren (Walters en Molijn, 2022). Door Russische aanvallen met drones in december 2022 zal de havenstad Odessa mogelijk maandenlang zonder stroom zitten. De stroomuitval kan mogelijk gevolgen hebben voor de uitvoer van Oekraïens graan via de Zwarte Zee (Schelfaut, 2022).

Voor mais is Nederland afhankelijk van invoer, want de eigen productie is bijlange na niet voldoende om in de Nederlandse behoefte te voorzien. Oekraïne is belangrijk voor onze invoer van veevoedergrondstoffen, maar speelt geen rol wat betreft mais voor menselijk voedsel (Berkhout et al., 2022b).

Vóór de oorlog: Nederland grootste EU-afnemer van Oekraïense mais
Binnen de EU was Nederland in 2021 (periode januari-augustus) de grootste maisimporteur uit Oekraïne. Spanje was van alle EU-landen de grootste maisimporteur (invoerwaarde 1,2 mld. euro; Eurostat, 2022). Nederland importeerde in januari-augustus 2021 voor een bedrag van 940 mln. euro aan mais, en 404 mln. euro (43% aandeel) daarvan kwam uit Oekraïne (figuur 8.3). Op grote afstand volgden toen Frankrijk, Duitsland, Brazilië en Roemenië als belangrijkste leveranciers van mais. Deze vijf landen waren samen goed voor 81% van de totale Nederlandse maisimport.

Tijdens de oorlog: minder mais uit Oekraïne, maar meer uit Frankrijk, Duitsland en Brazilië
In de eerste acht maanden van 2022 zien we een verschuiving van de importstromen. De agressie van Rusland tegen Oekraïne ondermijnt sinds februari 2022 het vermogen van Oekraïne om gewassen te oogsten en te exporteren. Dat zorgt ervoor dat Nederland in de eerste acht maanden van 2022 handelde met andere maisleveranciers. De waarde van de Nederlandse maisinvoer uit Oekraïne kwam in de eerste acht maanden van 2022 uit op 249 mln. euro, bijna 40% minder dan in dezelfde periode een jaar eerder. De import uit Frankrijk, Duitsland en Brazilië is aanzienlijk gestegen in geldwaarde. Duitsland, Brazilië en Frankrijk werden daarmee belangrijker voor de Nederlandse import van mais, terwijl het Oekraïense aandeel bijna halveerde tot 20%.

Voor invoergewicht zijn er vergelijkbare verschuivingen in de invoerstromen. Uit een vergelijking tussen de importwaarde en -hoeveelheid blijkt dat dit bij Duitsland, Brazilië en Roemenië vooral een prijseffect was: in de eerste acht maanden van 2022 groeide de waarde harder dan de hoeveelheid. Dat prijseffect valt, weliswaar in mindere mate, ook terug te zien bij de import van mais uit Oekraïne.



Invoerwaarde mais








8.5 Zonnebloemolie uit Oekraïne en Rusland
Oekraïne is ‘s werelds grootste producent van zonnebloemzaad, gevolgd door Rusland. Het grootste deel van de productie wordt in eigen land vermalen tot zonnebloemolie en -meel. Zonnebloemolie wordt ook geëxporteerd, waarbij Oekraïne en Rusland een aandeel hebben van 80% in de wereldwijde export (OESO, 2022). Zonnebloemolie is een belangrijk ingrediënt in heel wat bewerkte voedingsproducten, zoals frituurvet, margarine, gebak of chips. Het wegvallen van de export van zonnebloemolie vanuit Oekraïne heeft ertoe geleid dat ook de prijs van andere plantaardige olie is gestegen. Daarnaast spelen de gestegen energieprijzen en de transportproblemen die zijn ontstaan door de coronapandemie, waardoor er schaarste is aan containers, een rol in de prijsstijgingen (Spronken, 2022).

Vóór de oorlog: Nederland afhankelijk van zonnebloemolie uit Oekraïne
Binnen de EU was Nederland in 2021 (periode januari-augustus) de grootste zonnebloemolie-importeur uit Oekraïne, gevolgd door Spanje en Italië. Spanje en Italië waren in 2021 minder afhankelijk van Oekraïense zonnebloemolie dan Nederland. Italië importeerde ook een hoge waarde aan zonnebloemolie uit Bulgarije en Hongarije (figuur 8.4). Nederland importeerde in januari-augustus 2021 voor 401,5 mln. euro aan zonnebloemolie, waarvan 349 mln. euro uit Oekraïne kwam (87% aandeel). Op grote afstand volgden toen Hongarije, Bulgarije, Rusland en Duitsland als belangrijkste leveranciers van zonnebloemolie. Deze vijf landen waren samen goed voor 98% van de totale Nederlandse zonnebloemolie-import.

Tijdens de oorlog: minder zonnebloemolie uit Oekraïne, maar nog steeds belangrijkste leverancier
In de eerste acht maanden van 2022 zien we een verschuiving van de importstromen. Nederland is dit jaar aanzienlijk minder afhankelijk van Oekraïne voor het leveren van zonnebloemolie. Ook Spanje verminderde de import van zonnebloemolie uit Oekraïne, in tegenstelling tot Italië en Frankrijk. De waarde van de Nederlandse zonnebloemolie-invoer uit Oekraïne kwam in de eerste acht maanden van 2022 uit op 194 mln. euro (figuur 8.5). Dat is 44% minder dan in dezelfde periode een jaar eerder, maar Oekraïne is nog steeds de belangrijkste leverancier. De importwaarde uit Rusland, Bulgarije, Hongarije en Duitsland is aanzienlijk gestegen. Deze landen werden daarmee belangrijker voor de Nederlandse import van zonnebloemolie, terwijl het Oekraïense aandeel terugviel van 87% tot 46%. Op basis van invoergewicht zien we vergelijkbare ontwikkelingen.





Al heel snel na het begin van de oorlog werd duidelijk dat de aanvoer van zonnebloemolie begon te stokken, met grote prijsstijgingen en een zoektocht naar alternatieven (zoals palmolie, sojaolie en kool- en raapzaadolie) tot gevolg. Producenten moeten daarom nu soms noodgedwongen de samenstelling van hun eindproducten, waar zonnebloemolie in was verwerkt, wijzigen (Huyghebaert, 2022). Op zich is zonnebloemolie prima door andere oliezaden te substitueren, maar door eerdere droogte en een verhoogde vraag naar biobrandstoffen was het aanbod in oliezaden al krap voordat de oorlog begon (Rabobank, 2022). In hoofdstuk 6 van deze publicatie wordt de prijsontwikkeling van de door Nederland geïmporteerde palmolie geanalyseerd.

8.6 Kunstmest uit Rusland
Mede dankzij kunstmest kan de landbouwproductie de groeiende wereldbevolking voeden (Colenbrander, 2016). Secretaris-generaal António Guterres van de Verenigde Naties waarschuwde met de woorden: ‘Zonder kunstmest in 2022 zal er misschien niet genoeg voedsel zijn in 2023’. Sancties tegen Rusland vanwege de oorlog in Oekraïne hebben ook hun impact op wereldwijde kunstmeststromen2). Rusland en Wit-Rusland zijn belangrijke leveranciers van kalium, een belangrijk onderdeel van kunstmest, en kalimeststoffen. Rusland en Wit-Rusland verbieden bedrijven in hun landen om nog kunstmest te exporteren. Met het stoppen van de export zullen prijzen alleen maar verder stijgen. Er zijn wel andere landen met kaliummijnen, zoals Israël, Chili en Canada, maar die export is aanmerkelijk duurder (De Vries, 2022; Veeger, 2022). Aardgas is belangrijk bij de productie van stikstofhoudende meststoffen. Met de gestegen energieprijzen is al ruim voor de oorlog in Oekraïne ook veel kunstmest duurder geworden (Glauber en Laborde, 2022).

Rusland is goed voor 15% van de wereldhandel in stikstofhoudende meststoffen en 17% van de wereldwijde export van kalimeststoffen. Wit-Rusland is goed voor nog eens 16% van het wereldwijde marktaandeel van kalimeststoffen. Nederland is voor 34% en 61% afhankelijk van Rusland en Wit-Rusland voor de import van respectievelijk stikstofhoudende meststoffen en kalimeststoffen (Glauber en Laborde, 2022).

In 2022 meer import in geldwaarde uit Rusland maar minder in volume dan vóór de oorlog
Nederland importeerde in januari-augustus 2021 voor een bedrag van 45,4 mln. euro kunstmest uit Rusland. Daarmee betrok Nederland 9% van het ingevoerde kunstmest uit Rusland. Andere belangrijke leveranciers waren België, Duitsland en Israël. De waarde van de kunstmest-invoer uit Rusland kwam in de eerste acht maanden van 2022 uit op een recordhoogte van 85,7 mln. euro (figuur 8.6), 89% meer dan in dezelfde periode een jaar eerder. Dit is een prijseffect, het volume nam af. In de eerste acht maanden van 2022 steeg het Russische aandeel in de Nederlandse importwaarde van kunstmest naar 12%. Daarmee stak Rusland Israël voorbij en werd het de 3e grootste leverancier van kunstmest.



8.7 Afnemende exportverdiensten door stijgende importkosten
Sinds het uitbreken van de oorlog stijgen de prijzen van producten in Nederland hard. In oktober lag de inflatie op 14,3% (CBS, 2022c). De Rijksoverheid (2022) ziet een sterke link tussen de oorlog en de algemene prijsstijging in Nederland en wijst op de volgende factoren: een kleiner aanbod van producten uit Rusland (bijvoorbeeld energie en metalen), het doorberekenen van hogere prijzen binnen Nederland, onzekerheid over het einde en de gevolgen van de oorlog, de zoektocht naar minder gasafhankelijkheid van Rusland en de oplegging van sancties tegen Rusland en Wit-Rusland.

Bij de Nederlandse handel met andere landen is de prijsstijging niet evenredig: de invoerprijzen groeien harder dan de uitvoerprijzen en dat betekent een ruilvoetverslechtering ofwel welvaartsverlies voor Nederland (zie ook hoofdstuk 6). Sinds februari 2022 is er elke maand een ruilvoetverslechtering geweest in vergelijking met dezelfde maand een jaar eerder (CBS, 2022d). Ook bij de in- en uitvoer van landbouwgoederen zien we in 2022 een sterkere prijsstijging bij de import dan bij de export (zie hoofdstuk 2).

Ook in 2021, nog vóór de oorlog, was er sprake van een ruilvoetverslechtering, toen zelfs de grootste in elf jaar tijd (CBS, 2022e). Een oplopende inflatie was er al in de laatste maanden van 2021 en deze is verder versterkt door de oorlog in 2022. Los van de oorlog waren er in 2021 namelijk schaarse grondstoffen en problemen in de aanvoer (hoge containerprijzen) na een onverwacht snel herstel van de eerste coronapandemie (Ramaekers et al., 2022).

Dit maakt het relevant om de relatie tussen oplopende importkosten en afnemende exportverdiensten voor landbouwgoederen nader te analyseren, ook al zijn die gegevens nu alleen nog beschikbaar voor 2021. Aangezien de ruilvoetverslechtering in 2022 nog sterker is dan in 2021, geeft een analyse over 2021 namelijk ook inzichten voor 2022, de periode vanaf de oorlog in Oekraïne.

Analyse van de ontwikkelingen tussen 2020 en 2021 laat het volgende zien:
• Afnemende exportverdiensten per euro export van landbouwgoederen van 43 eurocent in 2020 tot 41 eurocent (zie ook Berkhout et al., 2022c). Omdat dit op nationaal niveau door het CBS wordt gemeten betekent dit per definitie een hoger importaandeel in de exportomzet. Lagere exportmarges zijn namelijk het spiegelbeeld van hogere importkosten per euro export. Zo betekent bijvoorbeeld 10 eurocent verdiensten per euro export bij de wederuitvoer van goederen dat er 90 eurocent aan import van goederen en diensten nodig was om die euro te exporteren.
• Een diepere analyse laat zien dat er verschillen zijn tussen landbouwproducten. De grootste afnemende exportmarges zijn te vinden bij levende runderen, kalveren en pluimvee, bewerkte vis en aardappelproducten met een 5 eurocent lagere exportmarge in 2021. Een grote groep landbouwgoederen zoals vlees, eieren, melk, kaas, maar ook brood-, rijst- en graanproducten heeft 4 eurocent marge ingeleverd in 2021. Geen enkel landbouwproduct had in 2021 een grotere exportmarge dan in 2020.
• In een verdere analyse is onderzocht wat nu precies de lagere exportmarges verklaart in termen van grootste prijsstijgingen aan de importkant. Uit de analyse blijkt dat met name granen, aardgas en bereid veevoer hebben geleid tot lagere exportmarges. Op enige afstand volgen oliehoudende zaden (zoals soja voor veevoer), aardolie en kunstmest als verklarende factoren. Omdat dit allemaal producten zijn die in 2022 verder in prijs zijn gestegen, vooral als gevolg van de oorlog in Oekraïne, is het te verwachten dat de exportmarges in 2022 verder onder druk zijn komen te staan. Pas in 2023 zijn hierover cijfers te geven.














Kies een sector
Contactpersoon
Gerben Jukema
070-3358359
 

Alles over
  • Algemeen
    >
  • Economie
    >
  • Maatschappij
    >
  • Milieu
    >
Referenties
1) Rusland en Oekraïne sloten in juli 2022 samen met Turkije en de Verenigde Naties een deal om de export van graan via de Zwarte Zee weer op gang te trekken.
2) Tsjornomorsk, Odessa en Joezjne.
3) Graan, voedsel en kunstmest vallen in principe buiten de internationale sancties tegen Rusland. Maar als bijvoorbeeld ladingen kunstmest in bezit zijn van een Rus tegen wie individuele financiële sancties gelden, dan worden die partijen toch in verscheidene EU-landen vastgehouden.

Voor recente cijfers tussen de handel van Nederland met Oekraïne en Rusland kunt u hier een dashboard met handelsdata vinden.


Meer informatie
Toelichting indicator
Thema omschrijving
Beleidsinformatie
Archief



naar boven