Opslagcapaciteit dierlijke mest op melkveebedrijven

Laatste update: 26 augustus 2025 Update frequentie: Jaarlijks

Gemiddelde opslagcapaciteit dierlijke mest in 2023 bijna 10 maanden

Op melkveebedrijven in het Landelijk Meetnet effecten Mestbeleid (LMM) nam de gemiddelde opslagcapaciteit voor mest af in de periode 2019-2023. De jaren voorafgaand aan 2019 laten een structureel stijgende opslagcapaciteit voor dierlijke mest zien. Vanaf 2019 daalt de gemiddelde opslagcapaciteit op melkveebedrijven geleidelijk. Met uitzondering van enkele jaren in het begin van de periode 2006-2023, was de gemiddelde opslagcapaciteit ten minste 9 maanden.

Gemiddeld

De grafieken op deze pagina zijn visueel gepresenteerd en zijn niet goed leesbaar met screenreaders.
Grafiek wordt geladen...
Vanaf 2019 daalt de gemiddelde opslagcapaciteit op melkveebedrijven geleidelijk.

Spreiding

De grafieken op deze pagina zijn visueel gepresenteerd en zijn niet goed leesbaar met screenreaders.
Grafiek wordt geladen...
Op 75% van de melkveebedrijven in 2023 is de opslagcapaciteit van dierlijke mest minimaal 8,6 maanden.

Regio

De grafieken op deze pagina zijn visueel gepresenteerd en zijn niet goed leesbaar met screenreaders.
Grafiek wordt geladen...
De gemiddelde opslagcapaciteit op melkveebedrijven in 2023 is het laagst in de Zandregio en het hoogst in de Veenregio.

In 2023 was de mestopslagcapaciteit in de Veen- en Kleiregio gemiddeld boven de 10 maanden. Op melkveebedrijven in de Zand- en Lössregio was de gemiddelde opslagcapaciteit minder dan 10 maanden. De gemiddelde opslagcapaciteit voor dierlijke mest in 2023 was iets lager dan die van het voorgaande jaar. Dit kan het gevolg zijn van de groei van de veestapel op melkveebedrijven in 2023. De spreiding in opslagcapaciteit tussen melkveebedrijven is groot, maar omvat in 2023 minimaal 8,6 maanden van de jaarlijkse mestproductie van de veestapel (25-procentwaarde).

Zandregio

De grafieken op deze pagina zijn visueel gepresenteerd en zijn niet goed leesbaar met screenreaders.
Grafiek wordt geladen...
De mediaan (middelste waarneming) van de opslagcapaciteit op melkveebedrijven in de Zandregio is het hoogst in 2018.

Kleiregio

De grafieken op deze pagina zijn visueel gepresenteerd en zijn niet goed leesbaar met screenreaders.
Grafiek wordt geladen...
De mediaan (middelste waarneming) van de opslagcapaciteit op melkveebedrijven in de Kleiregio is het hoogst in 2019.

Veenregio

De grafieken op deze pagina zijn visueel gepresenteerd en zijn niet goed leesbaar met screenreaders.
Grafiek wordt geladen...
De mediaan (middelste waarneming) van de opslagcapaciteit op melkveebedrijven in de Veenregio is het hoogst in 2022.

Lössregio

De grafieken op deze pagina zijn visueel gepresenteerd en zijn niet goed leesbaar met screenreaders.
Grafiek wordt geladen...
De mediaan (middelste waarneming) van de opslagcapaciteit op melkveebedrijven in de Lössregio is het hoogst in 2018.

Veehouders dienen over voldoende opslagcapaciteit te beschikken voor de mestproductie van de dieren in de periode van 1 augustus tot 1 maart. Bedrijven met een ruime opslagcapaciteit hebben meer mogelijkheden om de mest onder optimale omstandigheden uit te rijden dan bedrijven met een krappe opslagcapaciteit. Dit kan leiden tot een hogere benutting en/of minder kans op uitspoeling van nutriënten uit dierlijke mest. Door schaalvergroting en intensivering hebben de laatste jaren meer melkveebedrijven een mestoverschot dat afgevoerd wordt met de bestemming om elders in de land- en tuinbouw als meststof ingezet te worden.


Over de indicator

Deze indicator beschrijft de beschikbare opslagcapaciteit in procenten van de mestproductie per jaar, omgerekend naar maanden.

Bron en getoonde groep bedrijven

De gegevens voor beide indicatoren zijn afkomstig uit het Bedrijveninformatienet van Wageningen Social & Economic Research. Binnen het Bedrijveninformatienet verzamelt Wageningen Social & Economic Research bedrijfsgegevens over ongeveer 1.500 individuele land- en tuinbouwbedrijven. De verzamelde gegevens betreffen vooral financieel-economische en duurzaamheidsgegevens.

Alleen bedrijven in het Bedrijveninformatienet die binnen de definitie van het Landelijk Meetnet effecten Mestbeleid (LMM) vallen, worden getoond. Voor de bedrijven geldt dat ze minimaal 25.000 euro Standaardopbrengst hebben en 10 of meer ha cultuurgrond gebruiken.