Najaarsbeweiding - Melkveehouderij
|
Minder beweiding in het najaar dan in de zomer
|
21-12-2023 |
Op melkveebedrijven in het Landelijk Meetnet effecten Mestbeleid (LMM) is de najaarsbeweiding van melkkoeien in 2022 afgenomen ten opzichte van het voorgaande jaar. De afname was het grootst in de Lössregio (-5 procentpunten), gevolgd de Veenregio (-3), en de Klei- en Zandregio’s (beide respectievelijk -1). Gemiddeld genomen is de najaarsbeweiding op melkveebedrijven in Nederland afgenomen van 22% in 2021 naar 21% in 2022. Ontwikkelingen in het percentage weide-uren in de periode mei-oktober zijn doorgaans ook terug te zien in het percentage weide-uren in de periode september-oktober.
|
Najaarsbeweiding in de Veen- en Kleiregio’s was jarenlang structureel lager dan in de rest van de weideperiode. De laatste jaren is dit verschil steeds kleiner geworden. De draagkracht van de bodem onder invloed van regenval, en het optimaliseren van het voerrantsoen door bijvoeding op stal zijn bepalende factoren voor de keuze van de mate van beweiding in het najaar. In 2022 werden melkkoeien in de Zand-, Klei-, Veen- en Lössregio’s gemiddeld respectievelijk 17, 23, 26 en 20% van de in het najaar beschikbare weide-uren geweid. Ten opzichte van de vijf voorgaande jaren is de najaarsbeweiding in 2022 in de Klei- en Veenregio’s hoger en in de Zand- en Lössregio’s lager.
|