Biologisch gehouden dieren - Land- en tuinbouw |
Aandeel biologisch gehouden dieren groeit maar blijft klein
|
7-11-2018
|
Het aandeel biologisch gehouden dieren is klein, maar vertoont al jaren een lichte groei. Van de totale veestapel in Nederland was in 2017 bijna 3% biologisch. De geitenhouderij heeft met een aandeel van ruim 8% het grootste aandeel biologische dieren, gevolgd door de leghennenhouderij met 7%. In de rest van de intensieve veehouderij is dit minder dan 1% van de dieren. In de melkveehouderij is inmiddels meer dan 2% van het aantal koeien biologisch. In de leghennenhouderij is het aandeel biologische bedrijven bijna 25%. Deze biologische bedrijven houden gemiddeld minder leghennen dan de reguliere leghennenbedrijven.
|
Onderstaande figuur laat de verhouding zien per diersoort in biologisch en gangbaar naar provincie. De meest opvallende zaken zijn: - Groningen heeft een groot aandeel biologisch gehouden geiten (49%).
- Utrecht heeft een groot aandeel biologisch gehouden kippen (17%).
- Noord-Holland en Flevoland hebben het grootste aandeel biologisch gehouden rundvee (5%).
- Flevoland heeft het grootste aandeel biologisch gehouden schapen (5%).
- Noord-Holland heeft het grootste aandeel biologisch gehouden varkens (10%).
|