Vaartuigen en aanvoer - Grote zeevisserij |
Pelagische vloot in omvang stabiel
|
31-5-2024
|
In 2023 is de vloot van de grote zeevisserij met 8 trawlers niet gewijzigd ten opzichte van 2022.
|
Door de 8 trawlers is in 2023 circa 209 mln. kg vis aangevoerd. Dat is 7% minder dan in 2022 (225 mln. kg). De gemiddelde aanvoer per trawler was in 2023 daarmee iets lager dan in het voorgaande jaar, circa 26 mln. kg vis tegenover 28 mln. kg in 2022. In 2020 was dit nog 38 mln. kg vis per trawler; in dat jaar waren er 6 trawlers in de vaart. De geschatte aanvoer van vis door de grote zeevisserij bestond in 2023 uit blauwe wijting (41%, was 28%), haring (36%, was 34%), horsmakreel (4%, was 10%), makreel (9%, was 11%), sardine (5%, was 8%) en overige vissoorten (5%, was 9%).
De gevolgen van de Brexit en de daarmee samenhangende handelsdeal tussen de Europese Unie en het Verenigd Koninkrijk (VK) hebben sinds 2020 zijn uitwerking voor de grote zeevisserij. Er mag nog gevist worden door EU-vissers in Britse wateren, maar daar is een prijs voor betaald. Het VK heeft een groter aandeel in de maximaal toegestane vangsten gekregen dan het had toen het nog lid was van de Europese Unie. Als gevolg daarvan is de pelagische sector vanaf 2020 geconfronteerd met relatieve quotumverlagingen voor de Noordzee van 26% voor makreel, 12% voor haring en 32% voor horsmakreel. Dit zijn belangrijke soorten voor de Nederlandse ondernemers in de grote zeevisserij. De overheveling van de quota naar het VK vindt gefaseerd plaats over de jaren 2021 tot 2026. Na deze vijf jaar moet er opnieuw onderhandeld worden over de toegang tot wateren.
|