WTO - Agrarische sector
|
WTO-landbouwonderhandelingen
|
13-12-2020 |
|
In 2020 zijn de gesprekken in de Wereldhandelsorganisatie (WTO), na een korte onderbreking in maart-april vanwege de Covid-pandemie, alweer snel opgepakt. De focus is daarbij allereerst gericht op het openhouden van internationale voedselstromen en het tegengaan van exportrestricties om de voedselzekerheid in landen te waarborgen. Voor de zomer zijn daarnaast de gesprekken over verder landbouw- en subsidiehervormingen opgepakt waarbij de Covid-pandemie flinke effecten heeft op de dynamiek in de discussies.
Op de agenda staat daarbij onder andere het voorstel van de Cairnsgroep (20 grootste exporteurs van landbouwproducten, waaronder Australië, Nieuw-Zeeland, Argentinië, Brazilië, Vietnam, Costa Rica) om nu een plafond in te stellen op handelsverstorende landbouwsteun wereldwijd en daarna te werken aan een halvering van de handels- en productieverstorende subsidies in de periode tot 2030. Aanleiding hiervoor is de constatering van CAIRNS-landen dat zonder beperkingen de maximale handelsverstorende subsidierechten wereldwijd in 2030 een omvang van 1,5 tot 2 biljoen USD kan omvatten. WTO-leden hebben echter een verschillende interpretatie hebben van wat markt- of handelsverstorende steun precies inhoudt. Marktprijsondersteuning, opkoopprogramma’s of (inmiddels niet meer toegestane) exportsubsidies worden door alle WTO-leden als handelsverstorend beschouwd. Er bestaat verschil van mening over de vraag of ook inputsubsidies in (ontwikkelingslanden) voor bijvoorbeeld kunstmest of energie onder deze categorie moet worden geschaard die van invloed zijn op de productieomvang. Hetzelfde geldt voor binnenlandse opkoopprogramma’s voor het aanhouden van voedselvoorraden (public stock holding), waarbij producten gesubsidieerd onder de marktprijs worden opgekocht. Een groep van ontwikkelingslanden onder aanvoering van India willen hiervoor een blijvende uitzondering, maar veel andere WTO-leden, inclusief de EU, zijn kritisch op uitzonderingen met een marktverstorend effect. Deze onderwerpen zijn voor de zomer niet nader uitgewerkt, omdat de gevolgen van het corona-virus alle aandacht opeisten. De voor afgelopen juni geplande Ministeriële Conferentie (de tweejaarlijkse bijeenkomst van handelsministers van alle WTO-leden) in Kazakhstan werd voorlopig met een jaar uitgesteld.
De eerste reacties op de corona-uitbraak waren gericht op het aanpakken van de meest urgente zorgen van de leden: het virus indammen om levens te redden en de binnenlandse voedselzekerheid waarborgen. Naast lockdowns, die een negatief effect hadden op de oogsten en voedselproductie in veel landen, omvatten de maatregelen van de WTO-leden ook specifiek beleid om exportrestricties door landen tegen te gaan. Ervaring uit de voedselcrisis van 2007/2008 leerde dat het essentieel is dat exporterende landen hun grenzen niet sluiten, om te voorkomen dat importerende landen opeens met grote voedseltekorten worden opgezadeld (zoals grote tekorten indertijd in Arabische landen). Daarbij speelde, met de ervaringen uit 2008, dat transparantie een belangrijke voorwaarde is: veel WTO-leden, waaronder de EU, riepen op tot eerbiediging van de WTO-regels tot open handel en meer beleidstransparantie op multilateraal niveau door vroegtijdige kennisgeving van eventuele handelsmaatregelen. Aanvullend houdt de FAO zorgvuldig de wereldmarkt, de prijzen en de beschikbaarheid van voedsel in de gaten. Het WTO-secretariaat heeft een Covid-19-webpagina ingesteld, die gewijd is aan transparantie in de handelsmaatregelen die sinds maart 2020 zijn genomen (www.wto.org). Dit om inzicht te geven over gevolgen van de bestrijding van het virus op de handel en voedselzekerheid. Een aantal maatregelen werden ingesteld om strengere hygiëneregels (sanitaire en fytosanitaire regels/SPS) na te kunnen leven om verspreiding van het virus tegen te gaan. Zo werden in een aantal landen extra certificeringseisen gesteld aan de invoer van levende dieren. Tegelijkertijd werden ook handelsfaciliterende initiatieven genomen: nieuwe SPS-regels door versneld gebruik van elektronische sanitaire en/of fytosanitaire certificaten en aantal tariefverlagingen op de import van landbouwproducten om de beschikbaarheid van voedsel op peil te houden.
Al met al zijn agrarische handelsstromen voor een belangrijk deel in stand gebleven tijdens de Coronaperiode. Wel waren er in het tweede kwartaal van 2020 een flink aantal verschuivingen, omdat consumptiepatronen snel veranderden door de beperkingen die een lockdown teweegbracht (onder andere minder buitenshuis eten in restaurants en afname van toerisme, waardoor de vraag naar hoogwaardige bederfelijke producten, zuivel en vlees afnam). Ook had het wegvallen van internationale luchttransporten veel invloed op de handel in bederfelijke waren als vis, groenten en bloemen.
Een WTO-rapport (WTO, 2020) waarin de genomen maatregelen tot en met augustus worden samengevat, geeft aan dat in veel landen extra steun aan boeren is gegeven (waaronder inkomenssteun, opkoop van producten en ook aan opbouw van publieke voorraden). Ook zijn voor zo’n 20 landen exportbeperkende maatregelen afgekondigd die inmiddels, door intensieve discussies tussen WTO-leden, grotendeels weer zijn ingetrokken. Hiermee zijn handelsstromen open gebleven. Dit heeft ertoe bijgedragen dat handel in landbouwproducten in de periode maart tot augustus veel minder sterk is gekrompen dan de algemene trend laat zien. Het rapport verklaart dit door te wijzen op de essentiële aard van voedsel en de daaruit voortvloeiende relatieve lage inkomenselasticiteit van de vraag ernaar, en uit het feit dat het grootste deel van de handel in landbouwproducten (granen en oliehoudende zaden) plaatsvindt in bulktransporten over zee die geen grote verstoringen ondervonden. Ook wordt gesteld dat de gezondheidscrisis voorlopig niet hoeft over te gaan in een voedselzekerheidscrisis, omdat de wereldwijde agrarische productie vooralsnog geen gevolgen ondervindt van de maatregelen om het coronavirus te bestrijden. De voedselvoorraad in de wereld is op peil. Deze conclusie is echter, zo stelt het rapport, wel afhankelijk van de duur van de crisis en de reactie van overheden om verstoringen in de internationale handelsketens tegen te gaan.
|