Mijn agrimatie
v

Agrimatie - informatie over de agrosector

Agrimatie > Thema's > Economisch resultaat
     
Economisch resultaat
Kies een indicator
Inkomen uit bedrijf - Land- en tuinbouw

Inkomensraming 2022: Grote inkomensverschillen tussen sectoren in de land- en tuinbouw
19-12-2022

Door Wageningen Economic Research wordt voor 2022 het gemiddelde inkomen uit bedrijf per onbetaalde arbeidsjaareenheid (aje) voor land- en tuinbouwbedrijven geraamd op € 100.000. Dat is € 18.000 hoger dan het gemiddelde inkomen van 2021. Het inkomen in 2022 is ook € 34.000 hoger dan het gemiddelde over de periode 2017-2021. De spreiding rondom het gemiddelde inkomen is dit jaar groter dan in andere jaren. Zo wordt voor 20% van de bedrijven een inkomen per onbetaalde aje geraamd van minder dan € 2.000. Voor een even zo grote groep wordt een inkomen geraamd boven de € 155.000 per onbetaalde aje.



Oorlog in Oekraïne: Ongekend forse toename van kosten en opbrengsten
De betaalde kosten en afschrijvingen per landbouwbedrijf worden in 2022 gemiddeld 23% hoger geraamd. Dit komt voornamelijk door sterke prijsstijgingen van energie, kunstmest en veevoer. Deze prijsstijging van aangekochte goederen wordt veroorzaakt door de oorlog in Oekraïne, die heeft geleid tot duurdere graanimport voor veevoer. De gasprijzen zijn gestegen als gevolg van beperkingen van de gasimport uit Rusland en onzekerheid op de energiemarkt.
De opbrengsten per land- en tuinbouwbedrijf stijgen in 2022 volgens deze raming gemiddeld met 23%, vooral door betere afzetprijzen voor geleverde producten en toename in bedrijfsomvang. Dit zijn in de land- en tuinbouw ongekende mutaties. Ook in 2021 was er al een forse stijging in opbrengsten (+10%) en was er in mindere mate een stijging van de kosten (+3%). Hierdoor zijn de gemiddelde opbrengsten per bedrijf in twee jaar tijd toegenomen van € 630.000 naar ruim € 850.000.

Zeer grote verschillen tussen sectoren
Tussen en ook binnen bedrijfstypen in de land- en tuinbouw zijn de verschillen in inkomen ieder jaar groot. Dit geldt ook voor 2022. Akkerbouwers ontvangen voor oogstjaar 2022 hogere prijzen voor hun gewassen dan in 2021. Glasgroentetelers zien de lagere productie gecompenseerd worden door hogere prijzen. De gestegen energiekosten kunnen door bedrijven in de tuinbouw met een warmtekrachtinstallatie (wkk) deels gecompenseerd worden door hogere opbrengsten uit energieverkoop, als gevolg van de gunstige sparkspread (verhouding prijs aardgas-input en prijs elektriciteit-output). Glastuinders in de sierteelt, boomkwekers, fruit-, bloembollen- en vollegrondsgroentetelers zien hun inkomen juist dalen door de sterk gestegen kosten en veelal achterblijvende productopbrengsten. Melkveehouders daarentegen zien hun inkomen tot een historisch hoog niveau toenemen door een hogere melkprijs. Vleeskuikenhouders zien ondanks betere prijzen voor hun producten het inkomen dalen door sterker gestegen voer- en energieprijzen, terwijl collega’s met leghennen door de sterk gestegen eierprijzen hun inkomen wel zien toenemen mits ze niet zijn getroffen door de uitbraak van vogelgriep. Voor varkenshouders blijft het inkomen nagenoeg gelijk op een laag niveau. Weliswaar zijn de prijzen van biggen en vleesvarkens gestegen maar dat geldt ook voor de voer- en energieprijzen. Melkgeitenhouders zien hun inkomen, ondanks een lichte toename van de melkprijs, dalen door sterker gestegen kosten.




Inkomen op melkveebedrijven naar record
Het gemiddelde inkomen uit bedrijf van melkveehouders in 2022 wordt geraamd op € 115.000 per onbetaalde aje. Dit is € 70.000 meer dan in 2021 en € 70.000 hoger dan het gemiddelde over de periode 2017-2021. Het kleinere aanbod wereldwijd van melk bij een sterk gestegen vraag naar zuivel stuwde de prijzen omhoog, ook in Nederland. De gemiddeld ontvangen melkprijs voor gangbare (niet-biologische) melk is in 2022 met circa 47% gestegen. Ook de prijzen van verkochte kalveren en slachtkoeien zijn in 2022 verder gestegen na een prijsdaling in 2019 en 2020. De hiermee gerealiseerde opbrengsttoename is ruimschoots voldoende om de sterk gestegen kosten van met name voer, kunstmest, energie, gebouwen en machines te compenseren.
Het gemiddelde inkomen van het gespecialiseerde biologische melkveebedrijf wordt voor 2022 geraamd op circa € 70.000 per onbetaalde aje. Dit is een toename van € 24.000 ten opzichte van het voorgaande jaar. De hogere voer-, energie- en vaste kosten worden ook hier gecompenseerd door hogere melk- en veeprijzen. De gemiddelde biologische melkprijs is met 19% gestegen; dat is minder sterk dan de prijs van gangbare melk. Het geraamde inkomen voor 2022 is € 29.000 hoger dan het gemiddelde over 2017-2021.

Inkomens varkenshouders licht gedaald door stijgende kosten
Voor de varkenshouderij was 2022 een moeilijk jaar door de sterke stijging van de kosten, die niet helemaal werden gecompenseerd door hogere opbrengsten. Het geraamde bedrijfsinkomen van gemiddeld € 21.000 per onbetaalde aje is € 2.000 lager dan in 2021. Ook 2020 was een slecht jaar voor de varkenshouders met gemiddeld negatieve inkomens. De prijzen van biggen en vleesvarkens zijn in 2022 flink gestegen ten opzichte van 2021. Gemiddeld zijn de biggen 20% en de vleesvarkens 24% duurder dan in 2021. Ook de positieve aanwas zorgt voor een toename van de opbrengsten doordat de dieren op de eindbalans veel meer waard zijn dan op de beginbalans. Aan de andere kant zijn de overige opbrengsten flink gedaald door het grotendeels wegvallen in 2022 van de bedragen uit coronasteunmaatregelen van de overheid. De kosten van voer en energie stijgen vooral door de verstoring van de handelsstromen onder invloed van de oorlog in Oekraïne. De totale kosten stegen in 2022 met 31%.
In 2022 worden voor de zeugen- en de gesloten varkensbedrijven lagere inkomens geraamd. De inkomens van zeugenbedrijven dalen met € 55.000 naar € 49.000 negatief per onbetaalde aje, vooral omdat de kosten sterker stijgen dan de opbrengsten. De inkomensdaling op gesloten varkensbedrijven is met € 29.000 per onbetaalde aje tot € 14.000 negatief minder groot. Alleen de vleesvarkensbedrijven behalen een positief inkomen van € 108.000 per onbetaalde aje. Dat komt door de hogere opbrengsten van vleesvarkens, die sterker stijgen dan de kosten van biggen, voer en energie.

Inkomen op leghennenbedrijven gestegen door hogere opbrengsten van eieren
Voor 2022 wordt het gemiddelde inkomen voor leghennenhouders € 44.000 hoger geraamd op € 112.000 per onbetaalde aje. Dat is vooral te danken aan de hogere opbrengsten, die meer stegen dan de kosten van voer en energie. De gemiddelde eierprijs (inclusief contracten) is in 2022 ten opzichte van 2021 met 33% gestegen, maar wel met grote verschillen tussen de diverse segmenten (houderijsystemen) en tussen markt- en contractprijzen. De legsector heeft al sinds eind 2019 last van hogere voerprijzen, vooral door duurder graan. De voerkosten maken dit jaar circa 60-65% uit van de totale kosten en zijn gemiddeld met 34% gestegen. Het huidige geraamde inkomen ligt desondanks € 27.000 boven het meerjarig gemiddelde van 2017-2021.

Inkomen vleeskuikenbedrijven gedaald
Voor 2022 wordt het inkomen van het gemiddelde vleeskuikenbedrijf € 51.000 lager geraamd op € 99.000 per onbetaalde aje, doordat de kosten van met name voer en energie sterker stijgen dan de opbrengsten. De opbrengstprijzen voor vleeskuikens liggen in 2022 fors hoger. Dit geldt zowel voor de regulier gehouden kuikens (circa 60% van de productie) als voor langzaam groeiende kuikens (concepten en Beter Leven keurmerk). Gemiddeld stijgen de prijzen met 34%. De stijging van de opbrengsten is wel gedempt door het wegvallen van de coronasteunmaatregelen van de overheid in 2022. De prijs van vleeskuikenkorrel is in 2022 op jaarbasis met 36% gestegen. Bij de kuikens maken de voerkosten ruim 60% uit van de totale bedrijfskosten. Het huidige geraamde inkomen ligt € 10.000 onder het meerjarig gemiddelde van 2017-2021.

Melkgeitenhouders kunnen hogere kosten niet compenseren
Het inkomen uit bedrijf op melkgeitenbedrijven zal in 2022 naar verwachting uitkomen op gemiddeld € 59.000 per onbetaalde aje. Dit is € 54.000 lager dan in 2021 en ruim 40% onder het gemiddelde van de voorgaande 5 jaren (2017-2021). De 3,5% hogere melkprijs is niet voldoende om de hogere kosten van voer, energie, gebouwen en machines te compenseren.

Inkomen houders van blankvleeskalveren op contract gedaald
Het inkomen uit bedrijf op de vleeskalverenbedrijven (blankvleeskalveren op contract) daalt naar verwachting in 2022 van € 47.000 naar gemiddeld € 24.000 per onbetaalde aje. De ontvangen contractvergoeding per gemiddeld aanwezig vleeskalf in 2022 blijft gelijk aan 2021. Ook hier stijgen de gemiddelde kosten per bedrijf, zoals de energiekosten, de vaste kosten van stallen en machines en de afzet van mest.




Inkomensverbetering akkerbouwers door hogere prijzen en opbrengsten
Akkerbouwers zien hun inkomen uit bedrijf stijgen door gemiddeld hogere prijzen en goede opbrengsten van de gewassen. Het geraamde inkomen voor oogstjaar 2022 komt uit op € 133.000 per onbetaalde aje. Dit is een toename van ruim € 50.000 vergeleken met 2021 en bijna € 80.000 boven het meerjarig gemiddelde van 2017-2021.

De prijs voor uien lijkt weer op een goed niveau; dit heeft ook te maken met een lager aanbod. De productie elders in Europa valt tegen. Voor de oogst 2022 wordt rekening gehouden met meer dan een verdubbeling van de prijzen ten opzichte van 2021.
Voor consumptieaardappelen die in 2022 zijn geoogst, wordt een duidelijke prijsstijging voorzien van rond de 50%. De oogst in Nederland is op goed niveau, terwijl er in het buitenland minder is geoogst. Dit komt de prijs ten goede. Ook voor de suikerbieten wordt een hogere prijs geraamd voor oogst 2022 (+25%). De wereldmarktprijzen voor suiker zijn nog steeds op een goed niveau. Door de oorlog in Oekraïne stegen de graanprijzen in maart sterk. Oekraïne en Rusland zijn belangrijke spelers op de wereldwijde graanmarkt. Er is een prijsstijging van granen geraamd voor oogstjaar 2022 van 20%. Daarnaast zijn de prijzen voor inputs over de hele linie fors gestegen. Vooral meststoffen, gas, elektriciteit en brandstof werden fors duurder.
Het inkomen op zetmeelaardappelbedrijven stijgt, maar in mindere mate. De stijging in opbrengsten voor oogstjaar 2022 wordt hoger geraamd dan de toename in de kosten. Zetmeelaardappelen zullen naar verwachting 20% meer opbrengen dan vorig jaar. Per saldo wordt daardoor een stijging van het inkomen uit bedrijf per onbetaalde aje voorzien tot € 81.000: dat is € 13.000 meer dan vorig jaar en circa € 35.000 boven het meerjarig gemiddelde van 2017-2021.

Sterk gestegen energieprijzen hebben hun invloed op de glastuinbouw
Het inkomen uit bedrijf in 2022 wordt voor een gemiddeld glastuinbouwbedrijf geraamd op ongeveer € 175.000 per onbetaalde aje. Dit is circa € 100.000 lager dan in 2021 en € 35.000 onder het gemiddeld inkomen in de periode 2017-2021. Dit jaar staan de inkomens van glastuinders onder grote druk door toegenomen kosten, een lager consumentenvertrouwen, hogere inflatie en wisselende opbrengsten. Door een relatief warm jaar bij zeer zonnige omstandigheden en door sterke aanpassingen in de bedrijfsstrategie kon een sterkere daling van het inkomen worden voorkomen. De glastuinders zijn in 2022 geconfronteerd met onder andere flink hogere inkoopprijzen van aardgas en elektriciteit. Telers investeerden, waar mogelijk, in energiebesparende maatregelen, optimaliseerden hun energiemanagement, bespaarden en/of extensiveerden. Soms ging dat ten koste van de productkwaliteit. Ondanks deze maatregelen, naast een sterke aanpassing van het normale teeltplan, zijn de kosten alsnog aanzienlijk gestegen.

Door een goede verhouding tussen de prijs van het ingekochte gas en de verkoopprijs van elektriciteit was er ook een forse toename van opbrengsten uit de verkoop van elektriciteit voor bedrijven met een warmtekrachtkoppeling (wkk). Een deel van de bedrijven zonder wkk of andere bronnen voor een duurzame energievoorziening konden minder flexibel reageren op de stijgende kosten en lopen tegen verliezen aan. Met de volatiele energiemarkt van dit jaar blijkt een voorspelling van de bedrijfsstrategie en daarmee samenhangende bedrijfsresultaten zeer lastig, mede door de bedrijfsspecifieke keuzes die ondernemers maken. Zowel binnen als tussen de drie onderscheiden subtypen (zie hieronder) is er een grote spreiding in de inkomensontwikkeling.
Het gemiddelde inkomen uit bedrijf per onbetaalde aje van glasgroentebedrijven wordt in 2022 geraamd op ongeveer € 415.000, circa € 150.000 euro hoger dan in 2021 doordat de opbrengsten sterker toenamen dan de kosten. De hoogte van het inkomen is sterk afhankelijk van de flexibiliteit van het bedrijf en de bedrijfsuitrusting, het type product, hoe afzet op het bedrijf is georganiseerd en de energieposities van het bedrijf.
Sommige bedrijven met een wkk hebben besloten hun kassen minder te verwarmen en hun teelten minder te belichten met een lagere fysieke productie tot gevolg. De optie van elektriciteitsverkoop tegen hogere prijzen compenseerde de kostenstijging voor verwarmen doordat de prijzen voor elektriciteit harder stegen dan de prijzen voor aardgas.

Wat de gewassen betreft: de tomatenteelt (belangrijkste gewas in areaal) heeft een minder goed jaar achter de rug. De gemiddelde prijzen worden hoger geraamd dan vorig jaar maar de geleverde volumes waren lager. Een groot deel van de telers heeft de belichte teelt stopgezet. Komkommertelers kennen een heel goed jaar met extreem goede prijzen. Het mooie zomerweer heeft de verkoop gestimuleerd. Paprikatelers zien hun resultaat ook iets verbeteren, met name door de hogere opbrengsten uit energieverkoop.

Het gemiddelde inkomen uit bedrijf per onbetaalde aje van snijbloemenbedrijven daalt ten opzichte van 2021 van circa € 300.000 naar circa € 85.000. Dit is een forse daling na een bijzonder goed vorig jaar. Sinds 2013 is het geraamde inkomen niet meer zo laag geweest. De lagere opbrengst uit verkoop van bloemen door lagere prijzen en volumes werd wel gecompenseerd door de toename van opbrengsten uit energieverkoop. Hierdoor stegen de totale opbrengsten met 2%. Dit was echter onvoldoende om de gestegen kosten (+23%) van met name energie te compenseren.

Was 2021 een heel goed jaar voor de pot- en perkplantenbedrijven qua inkomen, 2022 laat een compleet ander beeld zien. Het gemiddelde inkomen is geraamd op min € 6.000 per onbetaalde aje tegenover € 265.000 in 2021. De kosten stijgen sterk met ongeveer 20% per bedrijf. De totale opbrengsten stijgen met slechts een kleine 3%. Die stijging komt vooral door een hogere opbrengst uit de verkoop van elektriciteit. Daarentegen dalen de opbrengsten uit gewas met ca. 7%, omdat pot- en perkplanten minder opbrachten en er minder dan vorig jaar werden verkocht.

Forse lagere inkomens in bloembollenteelt, boomkwekerij, fruitteelt en vollegrondsgroenteteelt
In de bloembollenteelt wordt voor 2022 een gemiddeld inkomen uit bedrijf per onbetaalde aje geraamd van ongeveer € 220.000; dat is een afname van circa € 90.000 ten opzichte van 2021. Daarbij moet worden aangetekend dat in 2021 het hoogste inkomen ooit werd gerealiseerd. Dat was te danken aan een historisch goed prijsniveau en inkomsten uit coronasteunmaatregelen van gemiddeld circa 100.000 euro per bedrijf. In 2022 is de omzet van bloembollen verder gestegen door een betere prijs in combinatie met een hoger volume. De afzet van bloembollen lijkt daarom vooralsnog weinig gevoelig voor hogere teeltkosten in de broeierij, afzetbeperking naar Rusland, inflatie en een dalende koopkracht van de consument. Door de forse kostenstijging met 16% en het beëindigen van de coronasteunmaatregelen is het inkomen weliswaar gedaald maar nog steeds op een voor de sector hoog niveau.

Het gemiddelde inkomen uit bedrijf in de boomkwekerij wordt voor 2022 geraamd op circa € 78.000 per onbetaalde aje. Dit is een daling van 40% ten opzichte van 2021. Deze daling komt vooral door een toename van de kosten met gemiddeld 9%, waarbij opgemerkt moet worden dat 2021 een uitzonderlijk goed jaar was. Die stijging van de kosten zat vooral in duurder plantmateriaal, één van de grootste kostenposten op het bedrijf. Hiermee komt een einde aan de positieve inkomensontwikkeling die zichtbaar is vanaf 2015.

In de fruitteelt wordt het gemiddeld inkomen voor oogstjaar 2022 geraamd op circa min € 7.000 per onbetaalde aje. Dit is ongeveer € 70.000 lager dan oogstjaar 2021, dat de boeken in is gegaan als een goed jaar voor de fruittelers. De forse inkomensdaling is het gevolg van een lagere prijs van peren en met name appels door een grotere productie in de EU in combinatie met de hogere kosten als gevolg van flinke prijsstijgingen van meststoffen, energie en arbeid.

Op de vollegrondsgroentenbedrijven wordt voor 2022 een gemiddeld inkomen uit bedrijf per onbetaalde aje geraamd van circa € 51.000, een daling van € 28.000 euro ten opzichte van 2021. Het lagere inkomen is enerzijds het gevolg van kostenstijging over de gehele linie. Anderzijds viel het bedrag aan coronasteunmaatregelen circa € 30.000 lager uit door stopzetten van de regeling. Hierdoor daalt het inkomen onder het gemiddelde van de voorgaande vijf jaren.

Inkomen en rentabiliteit per bedrijfstype, 2001-2022 
De fluctuaties in inkomen en rentabiliteit op agrarisch bedrijven zijn van oudsher groot. Daar liggen vele factoren aan ten grondslag, zo kunnen kleine veranderingen in vraag en aanbod een sterk effect kunnen hebben op de prijsvorming. De resultaten voor de totale land- en tuinbouw zijn in 2022 voor het tweede jaar op rij verbeterd. De gemiddelde rentabiliteit stijgt met 1 punt naar 105 euro opbrengsten per 100 euro kosten. Vanaf 2017 is het nu het vierde jaar waarin een gemiddelde rentabiliteit voor land- en tuinbouw totaal van boven de 100% of gelijk aan 100% is gerealiseerd. Ook in 2022 ontving de agrarische ondernemer daarmee (naast de dekking van de betaalde kosten en afschrijvingen) een meer dan marktconforme beloning voor de inzet van eigen arbeid en eigen vermogen. Bij de ontwikkeling van het inkomen speelt behalve de ontwikkeling van prijzen van opbrengsten en kosten, ook de dynamiek in de sector een rol. Het gemiddelde bedrijf verandert voortdurend, onder andere door stoppende bedrijven en de expansiedrift van bedrijven die verder willen groeien. De stoppers zijn over het algemeen bedrijven met wat lagere inkomens uit landbouwactiviteit. Ze zijn ofwel kleiner en behalen daardoor een lager inkomen, ofwel de resultaten vallen tegen en daardoor laten ze zich min of meer gedwongen door anderen overnemen, vaak door bij de generatiewisseling van bedrijfsovername af te zien. Het kan hierbij ook gaan om agrarische bedrijven die met verbreding als neventak zijn begonnen maar op een bepaald moment hebben besloten de landbouwtak niet verder uit te breiden of zelfs af te stoten en zich te specialiseren op de verbredingstak.


Grote inkomensverschillen tussen bedrijven
De hoogte van het inkomen van een bedrijf hangt onder andere samen met de marktstrategie, de bedrijfsomvang, de bedrijfsopzet, het productenpakket en de prijsvorming van die producten. Uiteraard spelen bij al die punten ook vakmanschap en managementkwaliteiten van de ondernemers een rol. In 2020 en 2021 hebben de gevolgen van de coronapandemie en de mate waarin dit effect heeft gehad op de afzet van het geproduceerde product een invloed gehad op de inkomensvorming. In 2022 is de oorlog in Oekraïne van grote invloed op de kosten en opbrengsten in de land- en tuinbouw. Bij de schommelingen van het inkomen door de jaren speelt vooral de prijsvorming van de producten een grote rol en daarnaast in de open teelten de variatie in kg-opbrengsten, die onder invloed van het weer van jaar tot jaar sterk kunnen wisselen. In 2020 heeft de uitbraak van corona in diverse sectoren gezorgd voor een minder continue productiestroom als gevolg van vraaguitval, zoals leegstand van stallen bij vleeskuikens en kalveren en minder oppotten van nieuwe planten in kassen. In 2021 speelde corona met name bij de vleeskuikens nog steeds een rol in het productieproces door extra leegstand als gevolg van vraaguitval. De oorlog in Oekraïne heeft geresulteerd in forse prijsstijgingen van veevoer, energie en kunstmest. De gasprijzen zijn gestegen als gevolg van beperkingen van de gasimport uit Rusland en onzekerheid op de energiemarkt. Voor 2022 wordt voor het gemiddelde land- en tuinbouwbedrijf een inkomen geraamd van 100.000 euro per onbetaalde aje (zie onderstaande figuur). In de figuur geeft het groene vlak de inkomens per onbetaalde aje van 60% van de bedrijven weer. Deze bandbreedte loopt van 2.000 euro tot 155.000 euro. 20% van de bedrijven realiseert een inkomen onder deze bandbreedte. Een even zo grote groep behaalt een inkomen boven deze bandbreedte. In vergelijking met voorgaande jaren is er niet eerder sprake geweest van zo’n grote inkomensspreiding. Uit de figuur blijkt dat de laatste jaren het vlak van 60% van de bedrijven aan de bovenkant steeds groter wordt. Ook binnen de bedrijfstypen is de spreiding groot (zie inkomen uit bedrijf per sector voor de afzonderlijke spreidingsfiguren).






Kies een sector
Contactpersoon
Harold van der Meulen
0317-484436
 

Alles over
  • Algemeen
    >
  • Economie
    >
  • Maatschappij
    >
  • Milieu
    >
Referenties
Arbeidskengetal: onbetaalde arbeidsjaareenheid (aje)
Wageningen Economic Research berekent het agrarisch inkomen per onbetaalde arbeidsjaareenheid (aje). Agrarisch ondernemers en hun gezinsleden verrichten in de meeste sectoren nog het merendeel van de arbeid zelf, maar krijgen meestal geen salaris. Een arbeidskracht die in een jaar 2.000 uur of meer werkt, wordt gezien als één aje. Wie minder werkt, telt voor minder dan één aje. Wageningen Economic Research deelt het inkomen uit bedrijf in deze situatie door het aantal onbetaalde aje. Op deze manier zijn de inkomens van verschillende bedrijfstypen beter met elkaar te vergelijken. Daarmee is het resultaat dus gekoppeld aan de hoeveelheid input.


Meer informatie
Toelichting indicator
Thema omschrijving
Beleidsinformatie
Archief



naar boven