Opbrengsten - Varkenshouderij |
Opbrengsten varkensbedrijven stijgen gemiddeld met een kwart
|
19-12-2022
|
Voor 2022 zijn de totale opbrengsten op het gemiddelde varkensbedrijf 27% hoger geraamd op 1,6 miljoen euro door hogere opbrengstprijzen en schaalvergroting. Er zijn wel verschillen in ontwikkeling en niveau tussen de onderliggende groepen varkensbedrijven doordat de opbrengstprijzen van biggen en vleesvarkens niet even sterk stijgen.
|
Het overgrote deel van de totale opbrengsten bestaat uit omzet en aanwas van de varkens (92%), met kleine verschillen tussen de subtypen. De gesloten varkensbedrijven hebben gemiddeld meer grond en daarmee samenhangend ook hogere opbrengsten uit akkerbouwactiviteiten en rundveehouderij. Bij de opbrengsten is ook rekening gehouden met de coronasteunmaatregelen van de overheid zoals de NOW (Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor Werkgelegenheid), TVL (Tegemoetkoming Vaste Lasten) en OVK (regeling Ongedekte vaste kosten). De TVL-regeling is vanaf het vierde kwartaal van 2020 tot en met het eerste kwartaal van 2022 ook opengesteld voor de landbouw. Belangrijkste voorwaarde is dat een bedrijf verwacht minimaal 30% of meer omzetverlies te lijden in het 1e kwartaal van 2022 vergeleken met het 1e kwartaal van 2019 óf het 1e kwartaal van 2020. Voor de drie groepen varkensbedrijven waren die bedragen in 2021 gemiddeld circa 118.000 euro per zeugenbedrijf, 43.000 euro per vleesvarkensbedrijf en circa 100.000 euro per gesloten varkensbedrijf.
Opbrengsten in historisch perspectief
Door schaalvergroting, deels doordat kleinere bedrijven stoppen, werd in de afgelopen decennia de gemiddelde productie per bedrijf verhoogd. De gemiddelde opbrengsten van varkensbedrijven zijn in de periode 2011-2013 vooral gestegen door hogere opbrengstprijzen in combinatie met de voortgaande schaalvergroting. In 2014-2015 waren de opbrengsten per bedrijf sterk gedaald door lagere opbrengstprijzen van vleesvarkens en biggen. In 2016 waren de opbrengsten vooral gestegen dankzij meer export naar China, waar een tekort aan varkensvlees was. Daarna nam de productie in China wel toe door nieuwe investeringen in grootschalige en moderne varkensbedrijven. Maar in augustus 2018 werd China getroffen door de gevolgen van grootschalige uitbraken van Afrikaanse varkenspest waardoor de productie drastisch is afgenomen. Hierdoor kreeg China een grote importbehoefte, waarvan onder andere de EU-landen van voorjaar 2019 tot begin zomer 2020 hebben geprofiteerd. In het voorjaar 2020 kreeg de coronapandemie grote invloed op de varkensmarkt in Noordwest-Europa. Door de tijdelijke sluitingen van de horeca en foodservicebedrijven in veel Europese landen in het tweede en vierde kwartaal zijn de prijzen van vleesvarkens en, in navolging daarvan, vooral van biggen flink gedaald. In september 2020 kregen de opbrengstprijzen een extra duw naar beneden doordat in Duitsland de gevreesde Afrikaanse varkenspest (AVP) werd gevonden bij wilde zwijnen, waardoor Duits varkensvlees op de (ruim zelfvoorzienende) Europese markt moet worden afgezet. Het kan immers niet meer naar landen zoals China geëxporteerd worden. De export van varkensvlees uit landen die getroffen zijn door AVP naar China is nog steeds niet toegestaan. In maart en april 2022 zijn de opbrengstprijzen van varkens flink gestegen na de invasie van Oekraïne door Rusland. Vooral het kleinere aanbod van varkensvlees in de EU leidde tot hogere opbrengstprijzen. Na een lichte verzwakking hebben de opbrengstprijzen in het tweede halfjaar de opgaande lijn weer te pakken. Die hogere opbrengstprijzen zijn ook hard nodig voor het dekken van de hogere kosten voor voer en energie.
|