Stikstofbemesting per ha - Melkveehouderij |
Stikstofgebruik bestaat voor twee derde uit dierlijke mest
|
4-9-2023
|
Op de melkveebedrijven waarop het Landelijk Meetnet effecten Mestbeleid (LMM) is gericht, is gemiddeld een derde van de gebruikte stikstof afkomstig uit kunstmest en circa twee derde uit dierlijke mest. Overige organische meststoffen zoals compost worden nauwelijks gebruikt. In de periode 2002-2021 is de verhouding stikstof uit kunstmest en dierlijke mest vrijwel stabiel. In 2021 is het totale stikstofgebruik door melkveebedrijven gemiddeld circa 7% afgenomen ten opzichte van het voorgaande jaar. Het stikstofgebruik in de Veen-, Zand-, Klei- en Lƶssregio is in 2021 respectievelijk 21, 24, 31 en 11 kg per ha cultuurgrond lager dan in 2020.
|
Kunstmestgebruik afgenomen
De stikstofgift uit kunstmest per ha cultuurgrond op melkveebedrijven laat sinds de eeuwwisseling een daling zien, met uitzondering van de periode 2014-2017 waar de gift op een wat hoger niveau lag. Ten opzichte van 2020 is het gebruik van kunstmest in 2021 met circa 11% afgenomen. Er heeft in alle regioās een afname plaatsgevonden variĆ«rend van 7 (Lƶssregio) tot 19 kg per ha (Kleiregio). Melkveebedrijven in de Kleiregio hebben gemiddeld genomen het hoogste stikstofgebruik uit kunstmest, te weten 131 kg stikstof per ha in 2021. De melkveebedrijven in de Zandregio gebruiken in 2021 circa 92 kg stikstof uit kunstmest per ha. In de Veenregio gebruiken de melkveebedrijven waarop het LMM is gericht in 2021 de minste hoeveelheid kunstmest per ha, namelijk 92 kg per ha.
Lichte afname van mestgebruik in 2021
Mede als gevolg van de lagere stikstofgebruiksnorm voor dierlijke mest bij derogatie voor zand- en lƶssgrond in de provincies Noord-Brabant, Limburg, Gelderland, Overijssel en Utrecht is het gemiddelde dierlijke mestgebruik sinds 2005 flink afgenomen, vooral in de Zand- en Lƶssregio. In de Veenregio was de daling sinds 2005 iets kleiner, maar de dierlijke mestgift kwam ook van een lager niveau. Naast lƶssgrond hebben melkveebedrijven in de Lƶssregio ook circa 16% kleigrond ter beschikking waarvoor een stikstofgebruiksnorm voor dierlijke mest geldt van 250 kg per ha bij derogatie. In de periode 2006-2021 schommelt het stikstofgebruik uit dierlijke mest in de Klei-, Zand- en Veenregio tussen de 190 kg per ha in 2021 (Lƶssregio) en 244 kg per ha in 2014 (Veenregio) kg per ha. Ten opzichte van het voorgaande jaar is het dierlijke mestgebruik gemiddeld 13 kg per ha afgenomen.
Het gebruik van overige organische mest is in 2021 afgenomen in de Kleiregio, maar toegenomen in de Veen-. Lƶss- en de Zandregio. In de Zand- en Lƶssregio wordt het meest gebruikgemaakt van overige organische mest (circa 1-2 kg overige organische stof per ha in 2021).
Stikstofbemesting veel lager dan in 1991-1998
Als over de periode 1991-2021 wordt gekeken naar de stikstofbemesting per ha cultuurgrond, is een forse afname in de periode voor 2006 zichtbaar. Als reactie op de mestwetgeving zijn melkveehouders de stikstof in dierlijke mest efficiƫnter gaan benutten. Die ontwikkeling heeft samen met de oplopende kunstmestprijzen geleid tot een sterke afname in het gebruik van stikstofkunstmest. Ook het gebruik van organische mest (vooral dierlijke mest) is in de jaren na 2006 gemiddeld 30% lager dan het gemiddelde gebruik in de periode 1991-1998. Het vanaf 2006 geldende gebruiksnormenstelsel met restricties op het gebruik van dierlijke mest en kunstmest legt het gebruik van meststoffen verder aan banden.
|