Actuele voedselprijzen - Zuivel |
Daling melk- en zuivelprijzen zet door
|
23-11-2023
|
De consumentenprijsindex (CPI) van zuivel is in september 2023 verder gedaald naar 145 punten (2015=100).
|
De producentenprijsindex (PPI) is naar 129 punten gedaald. Af-boerderijprijzen hebben in september na vier maanden van stabiliteit weer een daling laten zien. De prijsindex af-boerderij is op 116 punten uitgekomen. De prijzen van melk en zuivel zijn in 2022-2023 nog altijd hoog ten opzichte van de voorgaande jaren. Hoge prijzen van energie en voer hebben de prijzen van zuivel opgestuwd.
Prijsontwikkelingen De consumentenprijsindex (CPI) van zuivel is in september 2023 op 145 punten (2015=100) geëindigd. De CPI is vanaf mei met 6% gedaald na twee jaar aaneengesloten stijgingen. Bijna alle afzonderlijke zuivelproducten laten tussen mei en september een daling zien van tussen 4% en 6%. Verse halfvolle en magere melk zijn met 14% het meeste in prijs gedaald. De consumentenprijsindex van zuivel is nog altijd relatief hoog en ligt in september 2023 6% hoger dan in september 2022.
De producentenprijsindex voor zuivel (PPI) is in september 2023 op 129 punten uitgekomen. Dat is 12% lager dan in januari, het hoogste niveau van 2023. De daling van de PPI is al in oktober 2022 ingezet. Tussen oktober 2020 en oktober 2022 zijn de prijzen van zuivel zowel op de binnenlandse als op de buitenlandse markt gestegen. In de maanden oktober 2022 - september 2023 zijn de Nederlandse prijzen harder gedaald (-15%) dan de buitenlandse (-6%). De PPI ligt in september 2023 15% lager dan in september 2022, maar hoger dan in dezelfde periode in de voorgaande jaren.
De prijsindex af boerderij is in september uitgekomen op 116 punten. Dat is een 5%-daling in één maand na een stabiele periode sinds mei. In de eerste vijf maanden van 2023 is een relatief scherpe daling geweest. De index staat 36% lager dan de absolute recordhoogte in december 2022. De prijsdalingen in het voorjaar passen in een normaal seizoenspatroon. Daarbij horen ook prijsstijgingen na het voorjaar. Deze zijn in september nog niet ingezet. In 2022 waren de melkprijzen bijzonder hoog. Vanaf halverwege 2020 waren de prijzen af boerderij bijna verdubbeld. De prijsstijgingen in het voorjaar van 2021 en van 2022 hoorden niet in het seizoenspatroon. Die hogere prijzen hebben tot meer melkaanvoer geleid, wat druk op de prijzen heeft gezet. Een scherpe daling in de eerste maanden van 2023 heeft de prijsindex naar het niveau van eind 2021 gebracht. De index ligt in september 2023 ongeveer 35% lager dan in september 2022.
De belangrijkste reden voor de prijsstijgingen in zuivel waren marktverstoringen door de oorlog in Oekraïne na de Russische invasie in februari 2022 en de daaropvolgende internationale sancties tegen Rusland en Belarus. Met name de prijzen van energie en voer zijn in de eerste maanden na de invasie enorm gestegen. De marktverstoringen door de oorlog volgen de verstoringen tijdens de coronapandemie in 2020-2021 op. De pandemie leidde tot afzetproblemen en juist tot lage af-boerderijprijzen. De prijsstijgingen van de voedselgrondstoffen op de wereldmarkten zijn al in de loop van 2021 ingezet.
Keten Het merendeel van de zuivelproducten wordt door consumenten in Nederland in het supermarktkanaal gekocht. Supermarkten kopen melk en zuivelproducten van de zuivelindustrie, die daarnaast ook een aanzienlijk deel exporteert. Ook wordt consumentenzuivel geïmporteerd. De Nederlandse industrie wordt nagenoeg volledig beleverd door de Nederlandse melkveehouders. Er vindt nauwelijks import van rauwe melk plaats.
Melkveehouderij
In 2022 waren er in Nederland circa 14,7 duizend bedrijven met melk- en kalfkoeien, die gezamenlijk 13,8 miljard kg melk afleveren aan de Nederlandse zuivelindustrie; een relatief klein deel wordt achtergehouden op boerderijen en daar verwerkt (op basis van cijfers van het CBS).
Industrie
In 2022 telde de Nederlandse zuivelindustrie 26 ondernemingen die in totaal 54 productielocaties hebben met een capaciteit groter dan 10 miljoen kg (ZuivelNL). Ongeveer 90% van de gecollecteerde melk wordt verwerkt door vijf coöperaties. Het overgrote deel van de rauwe melk wordt verwerkt in kaas (circa 57%) en melkpoeder (circa 13%).
Afzet Circa 40% van de zuivelproductie blijft in Nederland, 35% wordt elders binnen de EU afgezet en met name in Duitsland, België en Frankrijk. De Nederlandse zuivelsector is internationaal georiënteerd: het saldo van de handelsbalans bedroeg 5,3 miljard euro in 2022. Ongeveer een kwart van de geëxporteerde zuivel verlaat de EU, waarbij Zuid-Korea, het Verenigd Koninkrijk en China (inclusief Hong Kong) de drie belangrijkste afzetlanden zijn buiten de EU (ZuivelNL).
De Nederlandse afzetmarkt is overzichtelijker dan de wereldmarkten als het gaat om de opererende zuivelaanbieders en afnemende partijen. Vóór de coronacrisis werd driekwart van de zuivelproducten in Nederland via de retail verkocht en een kwart via de horeca en andere kanalen. Het totaal aan consumentenbestedingen aan zuivel in alle verkoopkanalen voor voedsel in Nederland wordt geraamd op ruim 7 miljard euro (op basis van de Monitor Duurzaam Voedsel 2022). Op de Nederlandse retailmarkt zijn de inkooporganisaties van supermarkten Ahold Delhaize (37% marktaandeel), Jumbo (21% marktaandeel) en Superunie (26% gezamenlijk marktaandeel van aangesloten winkelformules) de belangrijkste afzetpartijen voor de zuivelindustrie. Naast de Nederlandse zuivelondernemingen richt zich een aantal vooral grotere Europese zuivelondernemingen op de Nederlandse consument. Het aandeel van deze ondernemingen is relatief klein door een groot competitief voordeel van de Nederlandse ondernemingen.
Op de internationale markten, en met name buiten de EU, zijn zuivelgroothandels (intermediairs) belangrijke afzetpartijen. Zuivelondernemingen uit Nieuw-Zeeland en Australië, Noord-Amerika, andere zuivelondernemingen uit Europa en lokale zuivelondernemingen opereren vaak tegelijkertijd in dezelfde landen als de Nederlandse zuivelondernemingen.
Prijsvorming
In de zomermaanden is er een groter aanbod van melk dan in de wintermaanden. Met toeslagen en heffingen worden boeren aangemoedigd om meer in de winter te leveren. De omvang van de productie is tot april 2015 beperkt geweest door de quotering in het kader van het EU-zuivelbeleid. Per 1 april 2015 zijn de quota komen te vervallen. De prijsondersteuning vanuit het Europees landbouwbeleid is al eerder grotendeels vervangen door directe betalingen.
De prijs die de melkveehouder voor melk ontvangt bestaat uit een aantal componenten. In het geval van FrieslandCampina is het een garantieprijs, de jaarlijkse prestatietoeslag en de uitgifte van ledenobligaties-vast. Melkveehouders die niet aangesloten zijn bij een coöperatie, leveren melk op basis van contracten met de particuliere zuivelindustrie. Vaak wordt de melkprijs van de coöperaties gebruikt als een referentie. Het resultaat van de Nederlandse zuivelondernemingen is afhankelijk van hun prestatie op de binnenlandse en buitenlandse markten. Prijsontwikkelingen in binnen- en buitenland sluiten niet altijd op elkaar aan door verschillen in marktdynamiek. Verschillen in kwaliteit, duurzaamheidseisen en in soorten gevraagde zuivelproducten in binnen- en buitenland spelen hierbij een belangrijke rol.
De voorwaarden en prijzen van zuivelproducten in Nederland komen tot stand via bilaterale contractonderhandelingen tussen zuivelondernemingen en (Nederlandse) supermarkten.
|