Daling stemmingsindex en afname van toekomstverwachting zorgen voor lager Agro-vertrouwen |
7-3-2024 |
Het vertrouwen dat boeren en tuinders in de land- en tuinbouw in hun onderneming hebben, is in het vierde kwartaal van 2023 met drie punten afgenomen ten opzichte van het derde kwartaal van 2023. De index komt hiermee op een kleine 3 punten uit. Het vertrouwen ligt hiermee onder het langlopende gemiddelde van 11 punten. Een index van nul geeft aan dat de groep ondernemers die vertrouwen heeft in hun onderneming even groot is als de groep ondernemers met gebrek hieraan. Zowel de stemmingsindex, die de huidige situatie op het bedrijf weergeeft, als de index van de verwachting voor de komende 2 à 3 jaar daalden voor de totale land- en tuinbouw. Beide indicatoren vormen samen de Agro Vertrouwensindex.
Als naar de onderliggende sectoren wordt gekeken, geeft de Agro Vertrouwensindex zoals wel vaker het geval is een divers beeld. In het afgelopen vierde kwartaal van 2023 neemt het vertrouwen van 4 subsectoren beperkt toe terwijl bij twee subsectoren het vertrouwen afneemt.
Momenteel hebben de pluimveehouders het meeste vertrouwen in hun onderneming. Met een score van ruim 21 punten steekt deze sector erbovenuit. Nadat in het vorige kwartaal al een sterke stijging in het vertrouwen was opgetreden, steeg de Agro Vertrouwensindex van deze sector in het vierde kwartaal van 2023 met nog eens 3 punten. Hiermee was het niet de sterkste groeier. Deze eer was deze keer voor de glastuinbouw. Hier nam het vertrouwen met 9 punten toe. Omdat de index in het derde kwartaal nagenoeg op nul stond, staat de index nu ook op datzelfde aantal punten. Daar net bovenuit komt de Agro Vertrouwensindex van opengrondstuinbouwondernemers. Hoewel het vertrouwen nagenoeg gelijk bleef aan een kwartaal eerder (+1 punt), is het wel de sector met de op één na hoogste Agro Vertrouwensindex. Maar de 12 punten waar de index nu op staat, komt nog niet boven het langlopende gemiddelde uit van deze sector. Akkerbouwers zijn ten opzichte van het vorige kwartaal positiever. De 5 punten die er in het vierde kwartaal bij kwamen, zorgen voor een index van bijna 8 punten, net onder het langlopende gemiddelde van 9 punten. Melkveehouders zijn negatiever dan een kwartaal eerder. De index daalde met 4 punten tot nagenoeg 0. Er zijn dus nagenoeg evenveel ondernemers die positief als negatief zijn over het vertrouwen in hun eigen onderneming. De index stond alleen aan het begin van de Coronacrisis lager. Het vertrouwen van varkenshouders is, na een piek in het vertrouwen in het tweede kwartaal, weer snel gedaald. Van de 23 punten, twee kwartalen geleden, is nu slechts een kleine 5 punten over.
De stemmingsindex en de index van de verwachting voor de komende 2 à 3 jaar vormen samen de Agro Vertrouwensindex. Verder worden ondernemers gevraagd naar het afgelopen jaar en hun verwachting voor het aankomende jaar.
De stemmingsindex van de land- en tuinbouw, die de huidige situatie op het bedrijf weergeeft, daalde met 4 punten in het vierde kwartaal tot 17 punten. Hierdoor zakte deze index onder het langlopend gemiddelde van 20 punten. Vooral varkenshouders waren minder positief. De index nam ruim 7 punten af tot nog altijd ruim 26 punten. Daarmee ligt de stemmingsindex van deze sector ergens in de middenmoot ten opzichte van andere sectoren. In de glastuinbouw (met 29 punten) en de pluimveehouderij (met 31 punten) zijn ondernemers nog positiever gestemd over de huidige situatie. Overigens daalde de index van de laatstgenoemde sector wel 3 punten terwijl die van de glastuinbouw met 4 punten steeg. Bij opengrondstuinbouw daalde de index met 2 punten. Bij akkerbouw- en melkveebedrijven veranderde de stemming op het bedrijf tussen het derde en vierde kwartaal nauwelijks.
De verwachting voor de komende 2 à 3 jaar die boeren en tuinders hebben voor hun bedrijf is naar beneden bijgesteld. De middellangetermijnverwachting, uitgedrukt in deze index, daalde met 2 punten naar -10 (zie figuur 3.2). Vanaf het vierde kwartaal van 2022 schommelt de index rond dit aantal punten, een stuk lager dan het langlopende gemiddelde van 4 punten.
Per sector waren er echter tegengestelde bewegingen zichtbaar. Zo daalde de toekomstverwachting van ondernemers in de melkveehouderij (-7 punten) en de varkenshouderij (-10 punten) terwijl de verwachtingen bij de sectoren glastuinbouw (+12 punten), akkerbouw (+9 punten), pluimveehouderij (+8 punten) en opengrondstuinbouw (+3 punten) zich juist positief ontwikkelden. Ondanks deze ontwikkelingen blijft de toekomstverwachtingen sterk achter bij wat gebruikelijk is. Alleen bij de pluimveehouderij ligt de huidige index hoger dan het langlopende gemiddelde.
Duiding van de stemmingsindex of de toekomstverwachting kan gedeeltelijk gehaald worden uit de respectievelijke conjunctuurindex-terugkijkend en -vooruitkijkend. Achterliggende indicatoren worden uitgevraagd en zouden de stemming en het gevoel over de langere termijn kunnen onderschrijven. Per sector staat er op www.agrimatie.nl meer informatie hierover.
Ondernemers in de land- en tuinbouw zijn voor wat betreft het terugkijken naar de afgelopen 12 maanden, na een sterk negatiever derde kwartaal, in het vierde kwartaal iets minder negatief geworden. De index nam met 3 punten toe, na een daling van 18 punten tussen het tweede en derde kwartaal. De index is nog altijd sterk negatief met -24 punten (staafjes in figuur 4.1). Lagere kosten, hogere opbrengstprijzen en iets hogere producties, lijken de oorzaak van een iets hogere index in het vierde kwartaal. Vooral opengrondstuinbouwers en melkveehouders keken positiever terug dan een kwartaal eerder.
Het herstel van de nog altijd sterk negatieve beoordeling over de komende 12 maanden (conjunctuurindex vooruitkijkend) zet niet door. Na een toename van de index van ruim 11 punten tussen het tweede en derde kwartaal van 2023, daalde de index in het vierde kwartaal weer met 3 punten. Nederlandse boeren en tuinders waren vooral negatiever over de verwachte productie. Hoewel de kosten naar verwachting iets minder zwaar op de bedrijfsvoering rusten, compenseert dat niet de mindere productie. Omzet en winst zijn daarom lager ingeschat waardoor de totale index op -12,5 punt uitkomt. Glastuinbouwers zijn positiever gestemd met betrekking tot de komende 12 maanden dan een kwartaal eerder. Melkveehouders zijn juist negatiever. Los van deze ontwikkelingen staat, voor alle sectoren, de ‘conjunctuurindex vooruitkijkend’ nog op een negatief aantal punten.
|