De arbeidsinzet op akkerbouwbedrijven verschilt per jaar en bedraagt in 2023 ruim 1.160 aje
Deze indicator toont de arbeidsinzet op akkerbouwbedrijven. Arbeid wordt geleverd door de ondernemer en het gezin (gezinsarbeidskrachten) en door vreemd personeel (niet-gezinsarbeidskrachten). De arbeidsinzet wordt gemeten in arbeidsjaareenheden (aje). In 2022 is er sprake van een trendbreuk in de typering doordat het aantal paarden en pony’s niet meer wordt uitgevraagd. Van die bedrijven is in 2022 alleen het areaal grasland bekend en worden deze bedrijven ingedeeld bij akkerbouwbedrijven in plaats van bij overige graasdierbedrijven. Dit zorgt in 2022 voor een toename van het aantal akkerbouwbedrijven en het aantal arbeidskrachten werkzaam op akkerbouwbedrijven. In 2023 is de uitvraag naar paarden en pony’s wel weer opgenomen in de Gecombineerde Opgave. Een arbeidskracht die 2.000 uur of meer werkt, wordt gezien als 1 arbeidsjaareenheid. Een arbeidskracht die minder dan 2.000 uur werkt, wordt naar rato van het aantal gewerkte uren omgerekend naar arbeidsjaareenheden. Ook bij ondernemingen met rechtspersoonlijkheid (BV) worden de uren die door de ondernemer zijn gemaakt, meegerekend als gezinsarbeid. Loonwerk wordt niet meegerekend in de arbeidsinzet.